Voltaire zei ooit “Grote macht brengt grote verantwoordelijkheid met zich mee”. Dat klinkt logisch, vooral als het gaat om de bescherming van de bossen op aarde.
China heeft vooral veel macht bij het aankopen van natuurlijke rijkdommen. Het land is momenteel de grootste invoerder van hout ter wereld en ook de grootste importeur van hout uit de zes landen van het Congobekken.
De aankopen van de belangrijkste Chinese houtimporteurs hebben een steeds grotere invloed op de lokale houtbedrijven, en op de gemeenschappen die van de bossen afhankelijk zijn.
China heeft dus veel macht, maar de verantwoordelijkheid laat te wensen over.
In het Congobekken vinden we het tweede grootste regenwoud ter wereld, dat een cruciale rol speelt in de regeling van het klimaat op aarde. Toch wordt dat woud constant bedreigd door allerlei oorzaken van ontbossing. De illegale houtkap vormt er een van de grootste bedreigingen. Uit rapporten blijkt dat de Afrikaanse landen hierdoor elk jaar 17 miljard dollar inkomsten mislopen en dat naar schatting 90% van het hout in de DR Congo op illegale wijze wordt gekapt.
Aangezien China de Europese Unie (EU) in 2012 heeft voorbijgestoken als grootste importeur van hout uit het Congobekken en in zijn eentje bijna de helft van de houtuitvoer uit de regio ontvangt, valt de rol van de Chinese bedrijven in deze handel moeilijk te onderschatten.
Greenpeace gaat de spots voortaan richten op de groeiende rol van de Chinese bedrijven in het Congobekken. Zo heeft Greenpeace Oost-Azië een nieuw rapport gepubliceerd met interviews met enkele van de grootste Chinese houtimporteurs, die de markt voor de invoer van boomstammen domineren. Uit dat rapport blijkt dat sommige van die bedrijven weinig of geen informatie hebben over de problemen en de risico’s in verband met de illegale houthandel; of dat ze die bewust negeren.
Het rapport met de titel 'Opportunity knocks' wijst erop dat er in China geen wetgeving bestaat voor de houthandel, zoals de Europese houtwet (EUTR) en de Lacey Act in de VS. Daardoor hangen de garantie dat er geen verdacht of illegaal hout in de toeleveringsketens zit en de toepassing van ‘due diligence’ af van de goede wil van de bedrijven.
Vertrouwen en goede wil volstaan zelden om te strijden tegen veralgemeende en ingeburgerde illegale praktijken. Sommige van de door ons geïnterviewde bedrijven verklaarden dat er geen illegaal hout aanwezig was in hun toeleveringsketen. Maar minstens één van die bedrijven was betrokken bij illegale activiteiten in de bosconcessies in Kameroen waar het al enkele jaren actief is. De onderneming zou ook zogenaamd ‘conflicthout’ hebben verkocht dat afkomstig was uit de Centraal-Afrikaanse Republiek en heeft vaak betalingen verricht aan de gewapende rebellengroep Seleka.
Gezien de enorme hoeveelheid hout die elk jaar in China wordt ingevoerd, het hoge percentage illegaal hout dat afkomstig is uit het Congobekken en het feit dat de meeste grote Chinese importeurs het probleem over het algemeen lijken te negeren, kunnen we besluiten dat deze enkele gevallen slechts het topje van de ijsberg zijn.
Natuurlijk kan China niet in zijn eentje een eind maken aan de illegale houtkap. Ondanks de Europese Houtverordening die expliciet de invoer van illegaal hout op de Europese markt verbiedt, vinden ladingen illegaal gekapt hout nog altijd hun weg naar de Europese markten, gewoon omdat de Europese regeringen geen prioriteit lijken te maken van de toepassing van deze wetgeving. De regeringen van het Congobekken in Kameroen, in de DR Congo en elders moeten de problemen van corruptie en slecht bestuur en het gebrek aan politieke wil die nefast zijn voor de houtsector in de regio ernstig aanpakken.
Eigenlijk ligt hier voor China en zijn bedrijven, gezien de omvangrijke handelstransacties met de landen van het Congobekken, een gouden kans om een centrale rol te spelen in de strijd tegen de illegale houthandel. Als de regering erin kan slagen een bindende wetgeving in te voeren en de bedrijven op hun verantwoordelijkheden kan wijzen, zal hun invloed en hun macht het verschil maken op het terrein.
- Wenjing Pan is internationale campagneverantwoordelijke bij Greenpeace Oost-Azië.