Onze campaigner Joeri Thijs is momenteel in de Peruaanse hoofdstad Lima, waar hij als lid van de Belgische delegatie de VN-klimaattop (COP20) volgt. Hij houdt ook een blog bij, en dit is de eerste bijdrage:

Gaan VS en China verder op ingeslagen weg?

Het klimaat is de voorbije weken weer wat hoger op de politieke agenda geplaatst. Het VN-klimaatpanel had een nieuw rapport klaar, de VS en China toonden met een historisch akkoord dat ze (schuchtere) stappen willen zetten voor het klimaat en het Groene Klimaatfonds van de VN schiet eindelijk uit de startblokken.

Opvallend en hoopgevend is dat ontwikkelingslanden, die vaak het eerste slachtoffer (zullen) zijn van de klimaatverandering, steeds meer het heft in handen nemen. Zij argumenteren terecht dat klassieke (westerse) grootmachten de grootste historische klimaatschuld hebben, maar door het gebrek aan actie leggen ze hun lot niet langer in handen van de 'ontwikkelde' landen. Zij zijn zelf ook bereid om actie te ondernemen, en dat schept een nieuwe dynamiek in de internationale klimaatonderhandelingen.

Greenpeace projecteerde een boodschap op de Machu Picchu, net voor het begin van de top in Lima.

Van de ontwikkelde landen hebben we al meer dan genoeg retoriek gehoord. Het is de hoogste tijd voor actie, en daarvoor zijn alle ogen gericht op de VN-klimaatconferentie in Parijs 2015. De wereldleiders hadden zich, na de flop in Kopenhagen vijf jaar geleden, geëngageerd om uiterlijk eind volgend jaar een nieuw globaal en bindend klimaatakkoord te sluiten.

Debuut

Ik ben intussen aangekomen in Peru, laatste tussenstop voor Parijs. Mijn eerste internationale klimaatconferentie is meteen een belangrijke. Niet enkel op het terrein, maar ook in de politieke onderhandelingen staat er erg veel op het spel.

Om het welles-nietesspelletje te doorbreken, werd afgesproken dat alle landen in de aanloop naar Parijs 2015 al hun kaarten op tafel zouden leggen. Onder andere de EU, de VS en China deden dat ondertussen al. Die engagementen dienen als basis voor een globaal akkoord in Parijs, dat van kracht ingaat vanaf 2020.

Om een akkoord volgend jaar in Parijs mogelijk te maken, moet in Lima klaarheid worden geschapen over hoe die engagementen er best uitzien. Hoe een eerlijke balans gevonden kan worden tussen inspanningen van ontwikkelde landen en ontwikkelingslanden, hoe de engagementen moeten worden afgewogen en bijgesteld ten opzichte van wat de klimaatwetenschap ons per hoogdringendheid vraagt en vooral: hoe ze op enkele maanden tijd vertaald kunnen worden in een akkoord.

Wat we nodig hebben in Parijs is een ambitieus, globaal en juridisch bindend akkoord. Alleen zo kunnen we de opwarming zo ver mogelijk onder de 2°C houden en kan een rampzalige klimaatverandering nog worden afgewend. De kans is reëel dat zo’n akkoord eind volgend jaar niet uit de bus komt.  Daarvoor zijn de verschillende beloften om de uitstoot te reduceren van de EU, VS, China en anderen nog niet ambitieus genoeg. Maar dat er voor het eerst sinds lang opnieuw een politiek momentum is om een grote stap vooruit te zetten in de strijd tegen klimaatverandering, dat betwist niemand.



Onze eisen

De Greenpeace-delegatie probeert te wegen op de belangrijkste thema's van deze top. Zo bepleiten we – net als de meest kwetsbare landen in de klimaatonderhandelingen - om de cyclus van doelstellingen in het nieuwe akkoord (bijvoorbeeld 2020-2025) te beperken tot een periode van 5 jaar. Anders dreigen we ons voor een te lange periode vast te klinken aan te weinig ambitieuze doelstellingen.

Een herziening om de 5 jaar biedt vaker de kans voor nieuw politiek momentum, en laat ook toe om het akkoord bij te stellen door nieuwe wetenschappelijke inzichten of sterk dalende kosten van schone technologie.

En België?

Kan een klein land als het onze een rol van betekenis spelen in deze onderhandelingen? België neemt er deel als lid van de Europese delegatie. Maar ondanks het feit dat we in eigen land nog een pak huiswerk hebben op klimaatvlak, hebben de Belgische delegatieleiders in het verleden wel degelijk een positieve rol vervuld op het internationaal klimaattoneel.



Daarom heeft Greenpeace België beslist om opnieuw iemand naar deze top te sturen. Ik ben de "gelukkige". Ook omdat de Belgische delegatie, als één van de weinige, stakeholders van het middenveld laat deelnemen aan de COP als delegatielid en dus met een ‘speciale’ badge. Die laat toe alle sessies te volgen. Daarmee zal ik in de komende weken aan belangrijke informatie geraken over de voortgang van de onderhandelingen, wat dan weer nuttig is voor de hele Greenpeace-delegatie hier in Lima.

Een eerste toegeving heb ik helaas al moeten doen: terwijl ik privé het vliegtuig mijd, vloog ik nu bijna 10.000 km om hier mijn steentje voor het klimaat bij te dragen. Intuïtief voelt dat erg tegenstrijdig aan, maar ik zal hier mijn stinkende best doen om de vervuilende verplaatsing meer dan de moeite waard te maken.

Vasten

Op de eerste conferentiedag maandag neem ik trouwens deel aan een dag vasten voor het klimaat, een initiatief dat gegroeid is uit de hongerstaking van de klimaatonderhandelaar van de Fillipijnen Nadarev Yeb Saño op de klimaattop in Warschau vorig jaar. Hij deed dat toen op een moment dat zijn land in puin lag na de doortocht van tyfoon Haiyan, in solidariteit met zijn vele landgenoten die toen honger leden en uit protest tegen het gebrek aan vooruitgang in de onderhandelingen. Een symbolische actie, maar een die hopelijk wel meteen de toon zet aan het begin van de conferentie.

Er staat hier meer op het spel dan de ingewikkelde klimaatkwesties en technische dossiers laten uitschijnen. Het gaat hier ook over een fundamentele keuze die we als wereldgemeenschap zullen maken: laten we het klimaat volledig ontsporen met talloze klimaatslachtoffers als het gevolg, of veranderen we in Lima definitief van koers richting een wereld waarin de gevolgen van de opwarming nog kunnen worden ingedijkt?

Ik hou jullie op de hoogte...