De Japanse regering besliste onlangs 54.800 evacuees terug te sturen naar de besmette gebieden rond Fukushima. De evacuees hebben weinig keus, want op 12 juni besliste de regering dat hun financiële compensaties tegen 2018 zullen worden stopgezet. De regio is echter nog lang niet veilig. Samen met een internationaal Greenpeace-team trok ik opnieuw naar Fukushima om de straling op te meten en de risico’s voor de bevolking te onderzoeken.

Iitate, zwaarst getroffen door nucleaire wolk

De focus van ons onderzoek lag op Iitate, een erg landelijk en dunbevolkt gebied op een 30-tal kilometer van de Fukushima Daiichi-centrale. Iitate, dat sterk aan onze Ardennen doet denken, werd zwaar besmet door de radioactieve wolk die op 15 maart 2011 uit de centrale ontsnapte. Inwoners vertelden ons dat ze de ontploffing van de reactor in de verte konden horen en dat ze later getroffen werden door “grijze sneeuw”.

Mijn allereerste bezoek aan Iitate was amper twee weken na het ongeval. Het stralingsniveau lag toen zo hoog dat ik besloot slechts enkele uren ter plaatse door te brengen. De bevolking zelf tastte nog volledig in het duister: de burgemeester vertelde me dat hij geen informatie kreeg van de overheid en dat er geen plannen waren voor een evacuatie. Diezelfde avond riepen we de Japanse regering op om Iitate onmiddellijk te evacueren. Het zou nog bijna een maand duren vooraleer de regering toegaf dat het er niet veilig was. Tegen dan hadden de inwoners van Iitate de hoogste stralingsdosis opgelopen van de provincie Fukushima.

Ontsmetting is onbegonnen werk

Vandaag is het stralingsniveau in Iitate nog steeds erg hoog, en dit ondanks de massale ‘ontsmetting’. Sinds mei vorig jaar verwijderen duizenden arbeiders de radioactiviteit door wegen, daken en gevels schoon te spuiten of de bovenste paar centimeters grond in tuinen en velden af te graven. Een erg tijdrovend werk met slechts beperkt resultaat, want in het (al ontsmette) huis van de familie Anzai lag het stralingsniveau bijvoorbeeld nog steeds dertig keer hoger dan vóór de ramp. Buitenshuis was dit nog eens het dubbele. Indien ze gedwongen worden om terug te keren, zullen deze mensen jaarlijks tien keer de normaal toegelaten stralingsdosis oplopen.

De prachtige omgeving van Iitate is haar vloek geworden: in een bosrijk gebied is ontsmetten namelijk onbegonnen werk. Driekwart van Iitate bestaat uit zwaar besmette bossen, die niet gereinigd kunnen worden – of men zou het gebied volledig moeten ontbossen. Die bossen blijven de komende decennia een enorme stock aan radioactiviteit, die bij hevige regen opnieuw verspreidt wordt naar de eerder ontsmette wegen, huizen en velden.

Bevolking slachtoffer van politieke logica

De omvang van de ontsmettingsoperatie is hallucinant. Elke dag zijn in de besmette regio 50.000 arbeiders aan de slag. De kostprijs van de werken wordt op 32 miljard euro geraamd. In totaal zal meer dan 20 miljoen m3 radioactief afval worden geproduceerd, voornamelijk afgegraven grond.

Je kunt je de vraag stellen waarom de Japanse regering zoveel moeite doet voor zo weinig resultaat. De bevolking van Iitate is namelijk geen vragende partij voor een gedwongen terugkeer naar hun ‘ontsmette’ woonplaats, maar probeert haar recht op een vrije keuze juridisch af te dwingen. De regering in Tokyo heeft echter politieke motieven voor deze enorme inspanning. Door de situatie rond Fukushima te ‘normaliseren’, moet duidelijk worden dat een kernramp op korte tijd opgelost kan worden. Op die manier wil de regering het verzet van de bevolking tegen de geplande heropstart van de Japanse kernreactoren (die al bijna anderhalf jaar stilliggen) breken.

Ons werk is nog niet gedaan…

Net als in België krijgen de belangen van de nucleaire industrie in Japan voorrang op die van de bevolking. Terwijl de aandeelhouders van TEPCO, de uitbater van de centrale in Fukushima, opnieuw een dividend ontvangen, worden de financiële compensaties voor de evacuees afgebouwd. Hierdoor zullen vele gezinnen binnenkort geen andere keuze hebben dan terug te keren naar hun huizen in de besmettingszone.

Onze meetresultaten tonen echter duidelijk aan dat de Japanse regering veel te voorbarig is met haar beslissing om de inwoners van Iitate terug te sturen. We zullen deze resultaten dan ook gebruiken om de rechten van de bevolking te helpen verdedigen: het recht op een vrije keuze en een volledige financiële compensatie. Meer dan vier jaar na de ramp is ons werk hier nog lang niet afgelopen.