Greenpeaceactivisten 'Tokyo Two' veroordeeld

Japan blijft internationale rechtsregels negeren

Nieuwsartikel - 6 september, 2010
Maandagochtend vernamen we het vonnis in de zaak van de 'Tokyo Two': Junichi Sato en Toru Suzuki krijgen één jaar gevangenisstraf voorwaardelijk, met drie jaar uitstel. De twee actievoerders van Greenpeace verschenen voor de rechter omdat ze wantoestanden binnen het Japanse walvisvaartprogramma aan de kaak stelden. Greenpeace veroordeelt scherp deze uitspraak, die een schaduw werpt over de democratie en de vrije meningsuiting van onze organisatie.

Greenpeace betuigt zijn steun aan de Tokyo Two voor de Japanse ambassade in Brussel.

Een delegatie trok deze middag naar de Japanse ambassade in Brussel. Er zijn wereldwijd gelijkaardige acties gepland.

Wereld op z'n kop

Hoewel de rechter heeft toegegeven dat er verdachte praktijken gebeuren in de Japanse walvisvaart, mochten Junichi en Toru deze niet bekendmaken. Dat recht is nochtans vastgelegd in internationale verdragen die ook Japan heeft ondertekend. Onze activisten die de wantoestanden aan het licht brachten, worden vandaag gestraft als misdadigers, terwijl de echte schuldigen nog steeds vrij rondlopen.

Internationale experts

De manier waarop de Tokyo Two behandeld werden, vormde al een overtreding van hun mensenrechten. Een voorwaardelijke straf mag dan wel te verkiezen zijn boven een effectieve straf, toch vormt deze uitspraak een verdere miskenning van de rechten van deze twee activisten. Dit ontmoedigt ook andere organisaties en journalisten die misstanden door overheden onderzoeken en daar verslag over uitbrengen. Dat is in een notendop de kritiek van hoogleraar Dirk Voorhoof van de Gentse Universiteit, een specialist op het vlak van vrije meningsuiting die in deze zaak optrad als getuige van de verdediging.

Andere commentaren gingen in dezelfde richting. Tijdens een bezoek aan Japan eerder dit jaar sprak VN-mensenrechtencommissaris Navi Pillay haar bezorgdheid uit over de zaak, in het bijzonder over het de vrije meningsuiting en het recht op vereniging. Ze onderstreepte het belang van het onderzoek dat ngo's voeren en het respect dat dit werk verdient. Ook de VN-Werkgroep inzake Willekeurige Detentie oordeelde dat Japan de mensenrechten heeft geschonden en dat de voorwaardelijke opsluiting (Junichi en Toru zaten al 26 dagen in de cel) politiek gemotiveerd was.

Doos met walvisvlees

In januari 2008 startte Greenpeace een onderzoek naar de aantijgingen van ingewijden dat bemaninningsleden op een georganiseerde manier walvisvlees verduisterden binnen het kader van het zogenaamd 'wetenschappelijke' walvisvangstprogramma van de Japanse overheid, dat gefinancierd wordt met belastinggeld. De informant was een voormalige betrokkene van het walvisvaartprogramma. Naar aanleiding van zijn advies startten Junichi Sato en Toru Suzuki een onderzoek dat leidde tot de ontdekking van kartonnen dozen met walvisvlees die in het geheim verscheept werden naar de woningen van de bemanningsleden om vervolgens verkocht te worden voor persoonlijke winst. In mei 2008 overhandigde Junichi een doos van dit walvisvlees aan het openbaar ministerie van Tokio, en gaf de zaak aan. Het onderzoek naar verduistering werd echter op 20 juni gestaakt. Dezelfde dag werden Sato en Suzuki gearresteerd en aangehouden voor 26 dagen, waarvan 23 zonder aanklacht. In het onderzoek legden walvisvaarders en betrokken ambtenaren voortdurend tegenstrijdige verklaringen af over het bewijsmateriaal.

Kumi Naidoo naar Japan

De vrijheid om op een vreedzame manier wantoestanden bloot te leggen, is niet enkel een essentieel onderdeel van elke democratie, het is een recht dat moet worden verdedigd. Voor Greenpeace blijft deze zaak een wereldwijde prioriteit, totdat dit onrechtvaardige vonnis ongedaan wordt gemaakt. Daarom reisde de directeur van Greenpeace International, Kumi Naidoo, naar Tokio af om er de twee onrechtvaardig veroordeelde actievoerders te steunen.


Onderwerpen