Lekkend kernafval slechts topje van radioactieve berg

Persbericht - 3 februari, 2003
Brussel, 4 februari 2003 : Het lekkend kernafval bij Belgoprocess toont volgens Greenpeace nogmaals aan dat er geen goede oplossing bestaat voor gevaarlijk kernafval. Het lekkend kernafval bij Belgoprocess was oorspronkelijk voorzien om in zee te storten. Sinds 1982 werd deze praktijk echter gestopt en werd het kernafval opgeslagen in de installatie 151 van het toenmalige SCK-waste, nu Belgoprocess. De verpakking was echter niet voorzien op langere opslag, het zijn roestende vaten met zgn. gebitumiseerd afval. Daarvan is geweten dat de houdbaarheid erg beperkt is en de nu bekend geworden problemen waren dus perfect te voorzien.

Greenpeace heeft er immers herhaaldelijk op gewezen dat Belgoprocess dit afval opnieuw zou moeten verpakken in inox vaten met langere houdbaarheid, maar hierop werd niet ingegaan omdat dit een extra kost zou veroorzaken, waarvoor de oorspronkelijke eigenaar Electrabel niet bereid was te betalen. Vermoedelijk hebben zich de voorbije jaren gelijkaardige incidenten voorgedaan zonder dat deze bekend gemaakt werden.

De geschiedenis dreigt zich nu te herhalen. Zowel de NIRAS als Electrabel en Tractebel ijveren voor het bouwen van een dumpplaats op land, op geringe diepte. Deze kernafvalbunkers, die sinds 1994 radicaal werden afgewezen door meer dan 90 Belgische gemeenten, tracht men nu alsnog te bouwen in de buurt van nucleaire installaties, daar waar men minder verzet verwacht van de lokale bevolking. De bouw van dergelijke bunkers zou tot een nauwelijks te controleren situatie leiden, waardoor in het geval van lekkende vaten, men er praktisch gezien niet meer bij zou kunnen om ze opnieuw te verpakken. Uiteindelijk zou de radioactiviteit lekken in het milieu. Greenpeace verzet zich tegen deze kernafvalbunkers.

De indruk onstaat dat men bij Belgoprocess bewust het kernafval laat doorroesten om zo een goedkeuring te kunnen forceren voor de kernafvalbunkers. Dit is een cynische benadering waar alleen de nucleaire industrie beter van wordt. Voor de veiligheid van de bevolking is dit duidelijk een stap achteruit. Alleen stopt men het kernafval onder een laagje beton en zand, waardoor de indruk wordt gewekt dat het kernafval onder controle is. Niets is minder waar.

Greenpeace is ook bijzonder verontrust over de pogingen van Euratom (Commissaris De Palacio) en NIRAS om hoog-radioactief kernafval in de diepere kleilagen te dumpen. Dit allergevaarlijkste kernafval blijft nog tienduizenden jaren gevaarlijk radioactief en in die periode kan de radioactiviteit terug in het milieu terecht komen. Greenpeace wijst daarom deze onomkeerbare en oncontroleerbare nepoplossingen radicaal van de hand. Zij dienen enkel om de indruk te wekken dat kernafval niet gevaarlijk is.

(03/02/2003)

Onderwerpen