Ik werk in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, een regio waar het stroomverbruik snel toeneemt; in 2015 met 4,6% voor meer dan 370 miljoen mensen. Tussen 2000 en 2015 is het olieverbruik van de gezinnen in het Midden-Oosten bijna verdubbeld. Het Internationaal Energieagentschap heeft voorspeld dat ook de CO2-emissie van de regio door deze enge focus op gas en olie tussen 2012 en 2050 zal verdubbelen. Intussen hebben klimaatwetenschappers voorspeld dat grote gebieden onbewoonbaar kunnen worden als gevolg van extreme hitte en waterschaarste.



Door haar historische afhankelijkheid van fossiele brandstoffen behoort onze regio tot de streken die het meest zullen getroffen worden door de klimaatverandering en de bijhorende milieuvervuiling en vervuiling van het water. Een gestaag toenemende woestijnvorming berokkent schade aan de landbouw. De plaatselijke visserij heeft te lijden van de verslechterende waterkwaliteit en de veranderende temperatuur van het zeewater.

Een olieregio

Het eerste dat in ons opkomt als we aan het Midden-Oosten en Noord-Afrika denken, is “olie”. Maar hoewel enkele landen in de regio inderdaad rijk zijn geworden door het ontginnen van fossiele brandstoffen, mogen we niet vergeten dat elk land afzonderlijk ook voordeel kan hebben bij een veel milieuvriendelijker energiebron. Een bron die bovendien gratis en onuitputtelijk is: de zon.
 
Er is niet veel verbeelding nodig om te beseffen welk potentieel er in deze regio is weggelegd voor zonne-energie. We zijn opgegroeid in het licht van de zon en we leven elke dag onder de stralen van de zon.

Waar de zon schijnt

Het Internationaal Agentschap voor Duurzame Energie (IRENA) meent dat deze regio de volgende vier jaar 35 miljard dollar per jaar aan investeringen in hernieuwbare energie kan aantrekken. Alleen al de investeringen in projecten voor zonne-energie groeiden van ongeveer 160 miljoen dollar in 2010 tot 3,5 miljard dollar in 2015. Ook windenergie kan een rol spelen in dergelijke toekomstgerichte investeringen.

Zelfs de Arabische Golfstaten (de landen van de Samenwerkingsraad van de Arabische Golfstaten: Saoedi-Arabië, Koeweit, Bahrein, Qatar, de Verenigde Arabische Emiraten en Oman) met hun grote olie- en gasrijkdommen zouden tegen 2030 200.000 banen kunnen scheppen in de sector van de hernieuwbare energie en hun koolstofvoetafdruk met 8% en hun waterverbruik met 16% kunnen verminderen.

Marokko als voorbeeld

Het is geen toeval dat Marokko dit jaar optreedt als gastheer voor de VN-klimaatconferentie. Het land kan met opgeheven hoofd de wereldleiders verwelkomen voor de 22ste COP. In vergelijking met de andere landen in de regio geeft Marokko echt blijk van leiderschap in het ontwikkelen van capaciteit voor hernieuwbare energie.

Momenteel is ongeveer 15% van de elektriciteitsvoorziening in het land afkomstig van hernieuwbare bronnen. Eerder dit jaar werd een thermische zonnecentrale geopend die uiteindelijk voldoende stroom zal produceren voor een miljoen mensen.

Het Marokkaanse energiebeleid voorziet een sterk wettelijk kader, de hervorming van het subsidiestelsel en de ontwikkeling van instellingen die een duurzame energietoekomst bevorderen. Het land heeft ook een plan voor energie-efficiëntie ingevoerd om het energieverbruik tegen 2020 met 12% en tegen 2030 met 15% te verminderen. De regering schaft ook belastingen op energie-efficiëntie technologieën af, werkt aan bewustwording en een update van de regelgeving om die af te stemmen op de infrastructuur voor milieuvriendelijke energie.

Als Marokko dit kan, moet dat ook lukken in de andere landen van de regio. Een hernieuwbare energietoekomst begint in eigen huis.

Zeina Khalil Hajj is Directeur van Greenpeace Mediterranean

Volg haar op Twitter:www.twitter.com/zeinaalhajj

Het oorspronkelijke artikel vind je hier.