Wie de balans opmaakt van het Belgische klimaatbeleid in de voorbije jaren, zowel regionaal als federaal, kan niet anders dan zich afvragen: twijfelen onze ministers aan de klimaatverandering en haar gevolgen?

Wij hebben het gehad met zoveel immobilisme, en zijn tot actie overgegaan. Zo plaatsten we 21 borden in fonteinen en waterlopen in Brussel, Antwerpen, Gent, Namen, Charleroi en Doornik. Deze plaatsen staan symbool voor het stijgen van de zeespiegel en de gevolgen van de klimaatverandering.

Op elk bord staat het portret van één van de vier ministers bevoegd voor klimaat, en de slagzin “I don’t really believe in global warming”.

Waarop wachten ze nog?

Al zes jaar slagen onze ministers er maar niet in om een akkoord te sluiten over de reductiedoelstellingen voor de uitstoot van broeikasgassen, en de verdeling van de inspanningen op het vlak van hernieuwbare energie (de zogenaamde burden sharing). Het gaat dan nog maar om de zeer zwakke doelstelling van 13 % die Europa heeft vastgelegd tegen 2020.

Laat ons even terugblikken:

In december 2008 legde de EU haar klimaat- en energie-inspanningen vast voor de periode 2013-2020. Daarna was het aan de lidstaten om de doelstellingen te implementeren. Voor België betekende dat concreet:

1)      15 % minder uitstoot van broeikassen, in vergelijking met 1990

2)      13 % procent meer hernieuwbare energie

3)      20 % procent energiebesparing   

In ons land zijn ook de gewesten bevoegd voor het klimaat. België moet dus de inspanningen verdelen over de federale regering en de gewesten, en erover waken dat de doelstellingen gehaald worden tegen 2020. Die verdeling is nog altijd niet gebeurd. Intussen heeft de EU haar doelstellingen al geactualiseerd met het oog op 2030 (oktober 2014).

Waar staan we vandaag?

Er is geen akkoord, geen gehaalde doelstellingen en een zwak, zelfs contraproductief beleid voor de ontwikkeling van hernieuwbare energie, energiebesparing en uitstootreductie.

Dat immobilisme is nefast: we verliezen geld, tijd, lopen investeringen én nieuwe jobs mis en moeten toekijken hoe meer ambitieuze staten de markt veroveren.  En uiteindelijk wordt de verbetering van onze levenskwaliteit op de lange baan geschoven.

Terwijl hernieuwbare bronnen zoals wind en zon steeds concurrentiëler worden, keert België deze schone technologieën de rug toe. We zijn nog altijd één van de grootste CO2-uitstoters per inwoner van de wereld, maar voor onze klimaatministers is er blijkbaar geen vuiltje aan de lucht. Dat is onverantwoord en verwerpelijk. Ze zetten een rem op de broodnodige energietransitie. 

Beste ministers, de wereld verandert… De klimaatverandering is een feit en heeft belangrijke gevolgen, ook voor onze levenswijze. Het is tijd dat jullie met concrete en geloofwaardige antwoorden komen!