Misschien heb je al horen spreken over JEFTA (Japan – EU Free Trade Agreement), dat onlangs werd omgedoopt tot JEEPA (Japan Europe Economic Partnership Agreement). Inderdaad, het vrijhandelsverdrag tussen Japan en de Europese Unie dat op het punt staat te worden afgerond.

Greenpeace Nederland heeft onlangs verschillende teksten van dit verdrag bekendgemaakt en net als destijds met de veelbesproken TTIP-leaks, heeft dat voor flink wat opschudding gezorgd.

Sinds CETA blijft de Europese Commissie herhalen dat zij transparant werkt en dat de vrijhandelsverdragen progressiever zijn dan ooit. Bovendien beschuldigt zij ngo’s zoals Greenpeace ervan tegen handel te zijn.

Die twee stellingen kloppen totaal niet. Allereerst stellen wij een positieve benadering van handel voor. Wij hebben tien principes opgesteld die moeten worden nageleefd voor een handelsakkoord kan worden gesloten. Maar we stellen vast dat de onderhandelingen die op dit moment lopen over de verschillende vrijhandelsakkoorden, zoals JEFTA, allerminst al onze positieve principes naleven.

Geen transparantie

Bij de publicatie van geheime documenten in verband met JEFTA is eens te meer gebleken dat er geen sprake is van transparantie. De Europese Commissie heeft uiteindelijk beslist om op 6 juli enkele documenten bekend te maken, terwijl dat al jaren geleden had moeten gebeuren.

Dat bewijst nog maar eens dat de Europese Unie meer luistert naar grote bedrijven dan naar haar burgers. Japan is bijvoorbeeld een van de grootste invoerders van hout ter wereld en de bepalingen van het verdrag in verband met de invoer van illegaal hout zijn nog zwakker dan in het ter ziele gegane Trans-Pacifische Partnerschap (TPP). Dat zijn dus allerminst de hoge beschermingsnormen waarover de Commissie het heeft. 

De veelbesproken arbitragerechtbanken die buitenlandse multinationals de kans bieden om staten aan te klagen wanneer zij regels invoeren die hen ervan zouden weerhouden winst te maken, zijn nog altijd wel degelijk aanwezig, ook al is hierover nog geen enkel akkoord bereikt. Het omgekeerde is echter niet mogelijk: een multinational kan niet worden aangeklaagd in het kader van dit systeem als het bedrijf de mensenrechten of milieurechten niet respecteert.

Tijd voor een nieuw paradigma

Op het moment dat een deel van CETA (het vrijhandelsverdrag tussen de EU en Canada, dat in oktober is ondertekend en in februari is geratificeerd door het Europees Parlement) heel geleidelijk aan van kracht zal worden, er steeds meer stemmen opgaan om de onderhandelingen over TTIP (het akkoord tussen de VS en de Europese Unie) opnieuw op te starten en er onderhandelingen lopen over tientallen vrijhandelsverdragen, wordt het tijd om van nul te herbeginnen. 

De EU kent een zware identiteitscrisis en maakt ook een zware vertrouwenscrisis door vanwege haar onderdanen. Zij denkt al die problemen achter zich te kunnen laten door gewoon door te gaan met wat ze doet. Maar het beste middel om dichter bij haar burgers te komen, bestaat erin om eindelijk verdragen in te voeren die niet langer een doel op zich zijn, maar een middel om te komen tot sociale en ecologische rechtvaardigheid.

Zolang dat niet gebeurt, zullen Greenpeace en het middenveld zich blijven verzetten tegen verdragen die slecht zijn voor mens en milieu.