Minister Moerman ontloopt haar verantwoordelijkheid in klimaatbeleid

Persbericht - 10 september, 2003
Greenpeace België, Bond Beter Leefmilieu, Inter-Environnement Wallonie en Climate Action Network Europe zijn verbolgen over de wijze waarop minister Moerman haar verantwoordelijkheid in het halen van de Kyotodoelstellingen tracht te ontlopen. De minister mikt blijkbaar op de massale aankoop van emissierechten in het buitenland, zonder enige beperking, om onze verplichtingen te kunnen afkopen.

Volgens de milieubeweging is dat niet alleen moreel verwerpelijk, het is ook strijdig met de internationale Kyoto-afspraken en met het regeerakkoord en het is bovendien slecht voor de werkgelegenheid en de economie in eigen land.

Ecokolonialisme

Een klimaatbeleid dat onbeperkt de opgelegde reducties afkoopt door te investeren in buitenlandse emissierechten is strijdig met de geest van de Klimaatconventie van 1992. De uiteindelijke doelstelling van de klimaatconventie is immers de wijziging van de energieverslindende productie- en consumptiepatronen van industrielanden zodat onze economische welvaart veralgemeenbaar wordt op wereldvlak. Zolang wij niet afkicken van onze energieverslaving, blijft onze economie zo energie-intensief dat ze niet langer te kopiëren is door de landen in het Zuiden. Met de vijfde grootste uitstoot van broeikasgassen per inwoner ter wereld (de hoogste in Europa) heeft ons land hier een verpletterende verantwoordelijkheid. Eigen productie- en consumptiepatronen ongemoeid laten en de eigen verantwoordelijkheid ontlopen door te investeren in de nieuwe aflaten van emissierechten en -kredieten, is een vorm van ecokolonialisme waarbij landen als België een onrechtmatig groot deel van de mondiale milieugebruiksruimte voor zich opeisen.

Strijdig met protocol van Kyoto en met regeerakkoord

Het onbeperkt aankopen van emissierechten om aan de reductieverplichtingen te voldoen, is manifest in strijd met het Kyotoprotocol en met het kersvers federaal regeerakkoord. Artikel 17 van het protocol stelt duidelijk dat emissiehandel slechts 'aanvullend' kan zijn op het nemen van binnenlandse maatregelen. Dat wil zeggen dat de opgelegde reducties vooral in eigen land moeten gerealiseerd worden in plaats van in het buitenland. Iedereen moet met andere woorden voor eigen deur vegen. Het regeerakkoord stelt hierover : "De hiërarchie voorzien in het protocol tussen interne aanpassingen en de flexibele mechanismen zal worden gerespecteerd." En dat is niet meteen waar Minister Moerman met haar uitspraken op aanstuurt.

Werk aan eigen winkel

Nochtans is er in ons land nog heel wat potentieel voor verregaande energiebesparing en voor de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. Met minder dan 1% groene stroom halen wij van alle Europese landen het minste stroom uit hernieuwbare bronnen. Ook inzake warmtekrachtkoppeling kan ons land veel beter. Nu produceren wij slechts 4% van onze stroom via warmtekrachtkoppeling, waarbij de 'afvalwarmte' die bij klassieke centrales in het milieu verloren gaat nuttig wordt aangewend voor warmte behoeften. In Nederland wordt meer dan de helft van de stroom zo opgewekt en in Denemarken zelfs meer dan 60%. Op vlak van isolatie van gebouwen en woningen staan we helemaal nergens. Uit een studie van de Europese federatie van isolatieproducenten (EURIMA) blijkt dat ons huizenbestand zo slecht geïsoleerd is als dat van landen rond de Middellandse Zee. De zeer zwakke isolatienorm die bij ons van toepassing is op nieuwbouwwoningen wordt amper in 13% van de nieuwe woningen gehaald (cf. SENVIVV-studie). Een voorstel van decreet met een strengere energieprestatieregelgeving voor gebouwen en een strikter handhavingsregime ligt al een jaar in het Vlaams parlement, maar werd nog niet eens in de bevoegde commissie besproken.

Door de opgelegde reducties in het buitenland af te kopen, wordt ons klimaatbeleid gewoon tot een extra begrotingspost en een bijkomende kost herleid. De enorme kansen die samengaan met energiebesparing in eigen land -zoals de extra binnenlandse investeringen en werkgelegenheid, de verbetering van ons innovatiepotentieel en een betere algemene milieukwaliteit- worden erdoor gemist.

Paniekzaaierij

Wellicht valt het grootste energiebesparingspotentieel te rapen bij de huishoudens en in de tertiaire sector. Maar dat neemt niet weg dat ook de energie-intensieve bedrijven nog belangrijke inspanningen kunnen leveren. De vrijwillige overeenkomst ('benchmarkconvenant') die het Vlaams Gewest aanbiedt aan de energie-intensieve bedrijven, werd slechts ondertekend door 15 van de 105 in aanmerking komende bedrijven, die samen instaan voor 74% van het industrieel energieverbruik. Het enige wat van deze bedrijven wordt gevraagd is om tegen 2008 enkel de rendabele investeringen te nemen die nodig zijn om's werelds best beschikbare technieken toe te passen, in ruil voor een volledige vrijstelling van energietaks. Dit voorstellen als "een zwaard van Damocles boven de Antwerpse petrochemie" - zoals minister Moerman doet - is pure paniekzaaierij. In Nederland werden reeds jaren geleden 'meerjarenafspraken' met de industrie afgesloten en is ook het enchmarkconvenant al jaren in voege. In het Verenigd Koninkrijk worden bedrijven die een vergelijkbare convenant afsluiten slechts voor maximum 80% vrijgesteld van de 'Climate Change Levy'. Ons land hinkt dus niet alleen achterop in de aanpak van het industrieel energieverbruik, maar vraagt ook veel minder van de bedrijven.

Nochtans werd voorgerekend dat de benchmarkconvenanten bij ons een besparing zouden opleveren van 15% van het industrieel energieverbruik. Toch wordt dit convenant niet opgevolgd omdat de federale overheid geen werk maakt van de stok achter de deur van de energietaks en omdat het Vlaams gewest nog geen wettelijke verplichtingen heeft ingevoerd voor bedrijven die halsstarrig weigeren om het convenant te ondertekenen.

Vluchtstrategie nefast voor economie en werkgelegenheid

De vluchtstrategie die onze stilzittende overheid nu opzet, is kortzichtig en op termijn nefast. Op deze wijze blijft onze economie -de meest CO2-intensieve van Europa - sterk afhankelijk van de internationale, steeds wispelturiger wordende energiemarkten. Dit betekent een immense handicap voor het bedrijfsleven en de werkgelegenheid op middellange termijn. De noodzakelijke economische transities naar een energie-efficiëntere economie worden alleen maar uitgesteld. Landen als het Verenigd Koninkrijk en Duitsland tonen aan dat het anders kan. De Energy White Paper van Tony Blair stippelt een traject uit om te komen tot een 'low carbon economy': 60% reductie van de broeikasgasuitstoot tegen 2050 bij verder 'uitstervende' nucleaire installaties. Het VK ziet deze transitie als een ecologische, sociale en economische noodwendigheid. De Duitse Bundestag bestudeerde verschillende scenario's om te komen tot 80% reductie van de broeikasgasuitstoot tegen 2050 ...

De verklaringen van minister Moerman wijzen op een schrijnend gebrek aan langere-termijnvisie. Dit zal niet enkel leiden tot een nog grotere ecologische achterstand van ons land, maar ook tot sociale problemen zoals een beperkte toegang tot betaalbare energie voor iedereen en een uitblijvende werkgelegenheidsgroei.

(10/09/2003)

Onderwerpen