Nadat Greenpeace Oost-Azië had ontdekt dat 170 soorten vissen en zeevruchten sporen van microplastics bevatten, was het tijd om dertig van de grootste cosmeticaproducenten aan de tand te voelen: wie doet zijn best, en wie blijft honderdduizenden stukjes microplastic per tube verkopen?

Microplastics (of microbeads) ken je waarschijnlijk als de kleurrijke bolletjes in je douchegel of gezichtspeeling, maar ze worden de laatste tijd steeds beruchter als vernieler van onze ecosystemen en zeeleven. De minuscule stukjes plastic worden aan alledaagse verzorgingsproducten toegevoegd als peeling of om kleur en textuur toe te voegen. De partikels zijn zo klein dat ze met het afvalwater door filtersystemen glippen en uiteindelijk in onze rivieren, meren en oceanen belanden.

Eén enkele bus gezichtspeeling kan tot wel 360.000 van die stukjes plastic bevatten. Telkens als we onze tanden poetsen of ons gezicht wassen, lozen we dus zonder het te weten duizenden minuscule stukjes plastic in ons milieu. Daar komen ze in de maag van vissen en zeevogels terecht, en kunnen ze ook de voedselketen binnenkomen. Meer nog: de partikels kunnen giftige stoffen aan zich binden of afgeven, en op die manier het water of het zeeleven rond zich vervuilen.

Hoe goed doen de verschillende merken het?

Greenpeace Oost-Azië besliste om dertig van de grootste cosmeticabedrijven ter wereld aan de tand te voelen en na te gaan op welke manier ze beloven om microplastics voor eens en altijd uit de wereld te helpen.

Hier kun je zien hoe de merken het doen.

Hoewel de meeste bedrijven beweren hun vervuiling met plastics onder controle te hebben, bleek geen enkele van de merken te voldoen aan de milieustandaarden van Greenpeace. Zo blijft het dus nog altijd mogelijk dat de bedrijven de vervuiling van onze waterlopen toelaten.

Zelfs de merken die het beste scoren, zoals Beiersdorf, hebben enkel actie ondernomen tegen één type van polyetheen in zijn producten. Daarmee is er dus geen garantie dat ook andere soorten vervuilende plastics aan banden worden gelegd.

De schadelijke effecten van microplastics zijn inmiddels goed gekend en we verzamelen steeds meer bewijzen dat ze nergens goed voor zijn. Veel van de grootste merken ter wereld hebben beloftes afgelegd dat ze deze giftige monsters aan banden willen leggen, maar toch blijft het moeilijk voor ons als consument om ze te mijden. Waarom?

Ten eerste: terwijl sommige bedrijven met volle borst de “huid-polijstende” microplastics in hun producten aanprijzen, is dat bij andere producten veel minder duidelijk. Ze bevatten microplastics die amper gezien kunnen worden met het blote oog en enkel opduiken in de ingrediëntenlijst als polyethyleen, polypropyleen of polystyreen.

Ten tweede hebben heel wat merken wel beloftes gedaan om te doen wat nodig is en de microplastics te bannen, maar elk merk heeft een eigen nauwe of verwarrende definitie van wat die microplastics precies zijn. Die definities variëren naargelang de functie van het product, de rol van de microplastics erin en zelfs de vorm van de partikels, waardoor er allerlei achterpoortjes ontstaan en alsnog microplastics gebruikt kunnen worden die niet aan de nauwe beschrijving voldoen.

Wat is de oplossing?

Hoe krijgen we die vervuilende microplastics dan uit onze producten en oceanen? De oplossing is eigenlijk simpel: onze regeringen moeten van zich laten horen en een totaal verbod op de verkoop en productie van alle vaste microplastics in verzorgingsproducten instellen.

Het goede nieuws: dat is al aan het gebeuren. De Verenigde Staten hebben begin dit jaar een verbod aangekondigd, en campagnes tegen de microplastics winnen overal ter wereld terrein.

Intussen kun je stemmen met je portemonnee en enkel die merken kiezen die niet bijdragen aan die zinloze vervuiling. Kijk eens naar de Good Scrub Guide van Flora and Fauna International of download de Beat the Microbead-app en stuur een duidelijk signaal naar de producenten dat microplastics onnodig en ongewenst zijn.