Een (Engelstalig) Greenpeace-rapport over hormoonverstorende chemicaliën. Wetenschappers houden deze stoffen (mede)verantwoordelijk voor verminderde vruchtbaarheid, verzwakte immuunsystemen en ontwikkelingsachterstanden. Bewijzen hiervoor zijn vooral aangetroffen bij dieren. Maar de aanwijzingen stapelen zich op, dat deze stoffen ook uiterst schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen. Reden genoeg om het voorzorgprincipe te hanteren.

Auteur: Greenpeace Research Laboratories: M. Allsopp, D. Santillo, P. Johnston

Omschrijving: Van meer dan 50 stoffen is het zeker dat ze de hormoonhuishouding verstoren. Waarschijnlijk vormen ze het topje van de ijsberg. De meeste chemicaliën – ruim 100.000 – zijn nooit getest op hormoonverstorende effecten. Toch worden ze gebruikt in veel productieprocessen en zitten ze in talloze dagelijkse producten. Ze breken nauwelijks af: onderzoekers vinden ze terug tot op de noordpool. En ze stapelen zich op in de voedselketen, omdat ze makkelijk oplossen in (dierlijk) vet.

Vooral via voedsel krijgen mensen schadelijke stoffen binnen. Maar ook via lage doses in drinkwater. Of door voedselverpakkingen en bijvoorbeeld PVC-speelgoed. Juist kleine hoeveelheden van hormoonverstorende stoffen kunnen grote gevolgen hebben. Chemicaliën kunnen hormoonfuncties blokkeren of nabootsen. Vooral (ongeboren) kinderen zijn uiterst kwetsbaar: midden in hun ontwikkeling staan zij bloot aan schadelijke stoffen, via moedermelk en placenta.

Aantal pagina’s: 50

poisoning-the-future