“Uiteindelijk staat de toekomst van onze kinderen op het spel.”

In de aanloop naar de verkiezingen interviewen Greenpeace Nederland, Milieudefensie en Vogelbescherming Nederland de grootste partijen. De afgelopen vier jaar is ‘klimaat’, en vooral de klimaatcrisis steeds hoger op de politieke agenda komen te staan. Gelukkig maar, want de problemen die deze crisis veroorzaakt, worden op steeds meer plaatsen zichtbaar en voelbaar. Esther Ouwehand, lijsttrekker van de Partij voor de Dieren (PvdD), vertelt ons hoe we volgens haar nu verder moeten.

Dag Esther, staan natuur- en milieubeleid weer in de top drie van verkiezingsthema’s voor de Partij voor de Dieren? 

Zeker! De allergrootste uitdaging waar we voor staan, is het leefbaar houden van de aarde voor al haar bewoners, mens en dier. Dat was bij de vorige verkiezingen al de grootste uitdaging en het is echt hoog tijd dat de politiek deze crises gaan behandelen als de crises die het zijn. We hebben door corona gezien dat als het urgent is, als we ineens geconfronteerd worden met grote problemen, de politiek in staat is om ingrijpende beslissingen te nemen. En de klimaatcrisis is minstens zo urgent. Als we die niet oplossen, dan is corona maar een voorproefje geweest van wat ons nog te wachten staat.

Is er een wapenfeit van de Partij voor de Dieren van de afgelopen vier jaar waar je het meest trots op bent? 

We hebben veel concrete wapenfeiten geboekt. De Europese Commissie wilde het Mercosur vrijhandelsverdrag middenin de klimaatcrisis sluiten met landen zoals Brazilië, waar het hele regenwoud wordt platgebrand om goedkope soja voor veevoer en rundvlees naar Europa te kunnen exporteren. De Partij voor de Dieren heeft dat verdrag geblokkeerd door een Kamermeerderheid achter ons voorstel te krijgen. We zijn taboedoorbrekers en daar ben ik heel trots op. Het is ook ongelooflijk belangrijk voor het bestrijden van de klimaatcrisis en het behoud van het regenwoud. 

Ook hebben we de Kamer meegekregen in het inzicht dat de coronacrisis een gevolg is van de minachting van de mens ten opzichte van de natuur en de dieren en dat we er dus alles aan moeten doen om zo’n crisis niet nog een keer mee te maken. Dat betekent dat we onze houding ten opzichte van de natuur en de dieren drastisch moeten herzien.

Dan gaan we door naar de klimaatambities. De Partij voor de Dieren vindt maximaal anderhalve graad heel belangrijk. Jouw partij bereidt zelfs een wetsvoorstel klimaatwet 1.5 voor. Kun je uitleggen hoe belangrijk dit punt is voor jouw partij? 

Het is van levensbelang. Het is eigenlijk gek dat de Partij voor de Dieren daar een wetsvoorstel voor moet indienen, want dat Klimaatakkoord van Parijs zegt: de opwarming van de aarde mag niet oplopen tot twee graden, maar doe alles wat je kan doen om binnen anderhalve graad te blijven.

Anderhalve graad is op heel veel manieren gewoon echt een beter idee. Het zal minder kosten en het zal minder schade opleveren aan mensen- en aan de gezondheid van mensen. Op de één of andere manier heeft iedereen het Klimaatakkoord van Parijs wel omarmd, maar niemand is bereid om het maximale te doen om op die anderhalve graad te blijven.

Met welke maatregelen wil de Partij voor de Dieren ervoor gaan zorgen dat we in 2030 fors veel minder CO2 gaan uitstoten? 

Er moet natuurlijk veel gebeuren, maar er zijn ook maatregelen die je kan treffen die een enorm effect zullen hebben. We worden al tijden gewaarschuwd dat de opwarming van de aarde mede veroorzaakt wordt door het aantal dieren die we jaarlijks fokken en slachten in Nederland. Het is ook de belangrijkste veroorzaker van het verlies van de biodiversiteit. Als we de keuze durven te maken in Den Haag om driekwart minder dieren te fokken, dan slaan wel al een hele grote slag. Uiteindelijk staat de toekomst van onze kinderen op het spel.

“Lelystad Airport openen middenin de klimaatcrisis, dat zou echt het domste zijn wat we kunnen doen.”

Er is nu een CO2-heffing, maar die wordt later effectief dan in eerste instantie voorzien. Hoe kijkt u aan tegen een instrument als de CO2-heffing? 

Het is echt cruciaal dat we vervuiling gaan beprijzen. Dat vraagt om een grotere omslag dan alleen maar het beprijzen van de vervuiling. We kunnen al beginnen door het afschaffen van alle subsidies op de vervuiling, de directe en indirecte subsidies voor de fossiele industrie.
Het is gewoon eerlijk en noodzakelijk om te zeggen: de vervuiler betaalt. En dat betekent dat je op vervuiling gewoon echt de prijs moet zetten die het heeft. Wat er tegenover staat is dat je dan in je belastingstelsel bijvoorbeeld de lasten op arbeid kan verlagen en het minimumloon kan verhogen. Dus je moet zorgen dat mensen voldoende inkomen hebben en dat burgers niet opdraaien voor de vervuiling van de grote bedrijven. Het ‘vervuiler betaalt’-principe wordt overal gehuldigd, maar je moet het wel gaan toepassen. 

Dan gaan we door naar luchtvaart. De ambitie van de Partij voor de Dieren is flink, namelijk een flinke krimp naar 300.000 vliegbewegingen per jaar voor heel Nederland. Hoe kunnen we die vliegbewegingen volgens de Partij voor de Dieren het beste verdelen? 

Het allerbelangrijkste is, is dat we inderdaad zeggen en concluderen: die luchtvaart die kan zo niet. Dus we moeten niet toe naar een groei van Schiphol, wat het kabinet nog steeds wil, maar naar krimp. Lelystad Airport openen middenin de klimaatcrisis, dat zou echt het domste zijn wat we kunnen doen. We moeten juist duurzame vormen van vervoer faciliteren. Dus meer en betere treinverbindingen en ook de terugkeer van de nachttrein. Ik ben zelf een groot voorstander van reizen met de trein. Het voorstel van Milieudefensie, om meer te betalen voor je vliegticket als je vaker vliegt, vind ik een eerlijke manier. Zo zorg je ervoor dat er een prikkel komt om niet zoveel te vliegen.

Hoe kijken jullie nou naar de steun voor KLM bijvoorbeeld? 

KLM had zeker steun verdiend, maar wel om te schakelen naar een luchtvaart die houdbaar is voor de toekomst. De overheid heeft ongeclausuleerd bijna 3,5 miljard euro overgemaakt, zonder er voorwaarden aan te verbinden. Ze hadden moeten aangeven dat KLM het geld had moeten investeren in herscholing en omscholing van de mensen die straks geen baan meer hebben als gevolg van de krimp van de luchtvaart.

Het grootste bezwaar tegen het steunpakket voor KLM, is dat de klimaatdoelen worden genegeerd, terwijl die er vroeg of laat toch aankomen. Als je daar mee wacht, wordt het nog veel moeilijker om ze na te leven. Was het in het licht van het oplossen van de klimaatcrisis geweest en het vinden van nieuwe banen voor de mensen die daar werken (die mogen we niet laten vallen), dan is het te rechtvaardigen, maar nu niet.

De Partij voor de Dieren wil minimaal 75% minder dieren en ook nog eens binnen vier jaar. Kun je uitleggen hoe jullie dat willen bereiken? 

De stikstofuitbraak was eigenlijk een schot voor open doel voor het zittende kabinet. De veehouderij moet minstens met 50% krimpen, en daar worden we al heel erg lang op gewezen. De tijd waarin dat moet gebeuren, wordt steeds korter. Hoe langer je wacht, hoe moeilijker het wordt. De komende regeerperiode zal er een drastische transitie in de landbouw moeten komen: 75% minder dieren fokken is eigenlijk het minimale wat je moet doen om de natuurdoelen te halen, om je klimaatdoelen te halen en om de ruimte te bieden voor een landbouw waarin boeren ook weer een normale boterham kunnen verdienen. Dat betekent dat je moet investeren en dat kost natuurlijk geld, maar de intensieve veehouderij kost ons nu meer dan 6 miljard per jaar, dus het is heel efficiënt om dat zo snel mogelijk te doen en daar niet nog tien jaar mee te wachten.

Denk je dat jullie de handen in Den Haag op elkaar kunnen krijgen voor een dergelijk plan?

Het zal wel moeten! Maar de landbouw is wel een van de grote machten in Den Haag geweest die noodzakelijke veranderingen altijd in de weg heeft gezeten. Je ziet het aan de boerenprotesten. Op het moment dat er echt een maatregel dreigt, dan is het verzet heel groot. Maar eigenlijk heeft iedereen, ook de vorige kabinetten, allang toegegeven dat het landbouwsysteem onhoudbaar is. Dan is het ook niet eerlijk om boeren in dat systeem gevangen te houden. Het was echt beter geweest als de politiek daar twintig jaar geleden mee was begonnen, maar dat heeft ze verzaakt. Ja, dan heb je de dure plicht om het nu alsnog te doen en op een manier die goed en eerlijk is voor de boeren. 

Klimaatrechtvaardigheid. Het beleid wat er nu is, belast de burger wel buitenproportioneel en onze vraag is nu: wanneer is klimaat- en natuurbeleid eerlijk? 

De campagne van de overheid ‘Iedereen doet wat voor het klimaat’ is natuurlijk schandalig. Het betekent dat jij wordt gevraagd om de bandenspanning van je auto te checken en even een tochtstrip op je deur te plakken, terwijl het kabinet minstens 4,5 miljard euro aan vervuilende subsidies – die klimaatverandering in de hand werken – uitkeert. 

Het is pas eerlijk als de overheid wat gaat doen voor het klimaat, daar vecht de Partij voor de Dieren voor. Ik denk dat mensen heel erg bereid zijn zelf hun steentje bij te dragen. Dat doe ik zelf ook met liefde, maar je raakt wel een beetje gedemotiveerd als de overheid de vervuilende sectoren blijft steunen. Het is belangrijk dat we het belastingstelsel vergroenen zodat mensen voldoende inkomen hebben en vervuiling wordt belast.

Kun je je voorstellen dat sommige burgers het gevoel hebben dat multinationals echt veel hoger op de prioriteitenlijst staan in Den Haag dan zijzelf? 

Dat is ook gewoon zo, dat zien we dagelijks.Multinationals hebben de telefoonnummers van alle ministers die van belang zijn. Als hen iets niet bevalt, dan worden ze meteen gehoord en als burger kom je daar helemaal niet tussen. De burgers trekken vaak aan het kortste eind in Den Haag en dat moet nu juist precies andersom. De overheid moet er zijn voor dat wat belangrijk is voor ons allemaal, voor de burgers en voor de gezonde leefomgeving waar we allemaal recht op hebben. 

Dan het laatste thema: de natuur.

Heel goed. Meer natuur! 

Ik begin met de windmolens op land. Hoe ziet de Partij voor de Dieren de verhouding tussen aan de ene kant de noodzakelijke opwek van voldoende schone energie en aan de andere kant de biodiversiteit die we niet alleen moeten beschermen, maar ook moeten verbeteren? 

Je moet dat in samenhang bekijken, en dat betekent ook dat je de keuze moet maken om natuurgebieden niet nóg verder te belasten. Je kan niet zomaar zeggen: we offeren natuurgebieden wel even op omdat er een windmolen moet komen. Dat is echt een verkeerde manier van denken. In natuurgebieden horen geen windmolens en ook geen zonneweides. Zonnepanelen horen op de daken en landbouwgrond moet je vrijspelen door het aantal dieren in de veehouderij te verminderen.

Soms moet je een afweging maken, maar die moet wel in het belang zijn van klimaat en biodiversiteit. Dus niet in vogeltrekroutes en niet heien, zodat je het onderwaterleven niet verstoort met teveel herrie. 

Helder. En wat zou nou de houding van Nederland moeten zijn ten opzichte van de klimaat- en natuurschade die wij buiten onze grenzen veroorzaken? 

Daar moeten we subiet mee ophouden! Het is toch waanzin dat de Nederlandse economie nog steeds draait op roofbouw elders? Dat is gewoon wat er aan de hand is. Nederland is de grootste importeur van soja voor veevoer in Europa, de grootste importeur van palmolie in Europa. We bungelen onderaan met onze eigen natuurgebieden. We zijn het slechtste jongetje van de klas en dan vernietigen we ook nog eens natuurgebieden elders. Nou, je kan het bijna niet slechter doen dan Nederland. Ik vind dat we ons daarvoor kapot moeten schamen en daar echt mee op moeten houden. 

Burgers kunnen door hun gedrag ook bijdragen aan de verbetering van biodiversiteit, zoals de natuur, dichtbij in de stad. Hoe wil de Partij voor de Dieren graag dat wij werken aan onze eigen leefomgeving, verbetering van de biodiversiteit? 

Door het stimuleren van meer natuur in de stad: meer bomen, meer aaneengesloten parken zodat de biodiversiteit een kans krijgt, burgers helpen met het vergroenen van hun tuinen en natuurvriendelijke keuzes maken als het op voeding aankomt. Als we ervoor zorgen dat er meer natuur-en diervriendelijk én klimaatvriendelijke voeding aangeboden wordt, dan gaan mensen dat vanzelf consumeren. Op die manier kunnen we de natuur minder belasten. 

Hoe kunnen we in wetgeving er voor zorgen dat zowel de mens als de natuur echt beschermd raakt? 

We moeten ervoor zorgen dat de natuur de rechten krijgt die ze verdient, net zoals wij mensen grondrechten hebben. Het is belangrijk om bijvoorbeeld natuurvernietiging door grote bedrijven, strafbaar te stellen. Waarom heeft een bedrijf het recht om de natuur, die van niemand is en tegelijkertijd van ons allemaal, zo straffeloos kapot te maken? De Partij voor de Dieren stelt voor om ecocide, want zo heet dat, strafbaar te stellen in het internationaal recht. Dan slaan we al een enorme klap denk ik. Nu kunnen bedrijven natuurgebieden verwoesten, kijk naar Shell in Nigeria. Daar hoort gewoon een internationale sanctie op de staan.

Doe mee