Greenpeace: stop de plundering van de bossen in Congo

Amsterdam/Den Haag, Nederland — De buitenlandse houtbedrijven in de Democratische Republiek Congo (DRC) houden er destructieve en illegale praktijken op na en werken deels op basis van corruptie. Kapbedrijven als OLAM, Sicobois, Danzer en NST dragen niets bij aan natuurbescherming, noch aan de Congolese economie, maar boeken hun winsten ten koste van de onvervangbare bossen en hun inwoners. Zo hebben kapbedrijven sinds 2002 ruim
vijftien miljoen hectare bos in handen gekregen ondanks een Congolees moratorium op nieuwe kapvergunningen. Dat is ruim vier keer Nederland aan schimmige kapconcessies.


Cover rapport ‘Carving up the Congo – NL’

In het Greenpeace onderzoek ‘Carving up the Congo’ worden voor
het eerst sinds het einde van de oorlog de omvang van de
destructieve houtkap in Congo en de rol van de Wereldbank daarin in
kaart gebracht. Het wordt gelanceerd aan de vooravond van de
Wereldbank-vergadering in Washington, waar de bossen van Congo
worden besproken. De Wereldbank beschouwt de industriële houtkap
voor dit fragiele land ten onrechte als een kans om uit de armoede
te komen. Maar in de wetteloze omgeving die Congo op dit moment is,
leidt de houtkap tot blijvende armoede en onherstelbaar verlies van
de natuur in Congo, vreest Greenpeace. Op alle plaatsen in de DRC
die zij bezocht, constateerde Greenpeace dat houtkap omgeven is met
corruptie.

In de DRC ligt nog 60 miljoen hectare ongerept oerwoud, die
wrang genoeg vanwege de oorlogen grotendeels gespaard bleven van
bulldozers en kettingzagen. Het laagland-regenwoud is onderdeel van
het uitgestrekte Congobekken, na de Amazone het grootste tropische
oerwoud ter wereld. Behoud van het Congolese oerwoud beschermt
tegen klimaatverandering. Bossen slaan koolstof op, de bossen van
de DRC houden acht procent van de wereldvoorraad vast. Geen enkel
Afrikaans oerwoud herbergt nog zoveel diersoorten, zoals de de
bonobo, de gorilla, de bosolifant, de okapi en de Congopauw. Meer
dan 40 miljoen mensen zijn afhankelijk van de bossen voor hun
levensonderhoud.

De wouden zijn ook rijk aan kostbare boomsoorten, die in het
westen veel opbrengen en commercieel interessant zijn voor de
kapbedrijven: aformosia, wengé, sapeli, iroko. Voor het selectief
rooien van deze dure houtsoorten worden grote stukken oerwoud
opengelegd met bulldozers. De Congolese natuur wordt bedreigd door
het voortwoekerend web van modderwegen die het oerwoud doorsnijden.
Zodra de wegen er liggen, slaan de stropers toe. Tot op 45
kilometer afstand van de wegen zijn populaties grote apensoorten en
bosolifanten niet meer veilig.

In ruil voor een schandalige fooi, bijvoorbeeld van zakken
suiker, meel, zout en flessen bier voor de lokale bevolking, kopen
kapbedrijven de vrije toegang tot de bossen. De Congolese overheid
heeft niet de capaciteit om de wetteloosheid en corruptie in de
houtsector aan te pakken.

“De ‘contracts of shame’ beloven niet veel goeds voor het
regenwoud en de 40 miljoen Congolezen die ervan afhankelijk zijn.
De ooit uitgestrekte wouden van Congo worden langzaamaan in stukken
opgedeeld, de bedrijven brengen corruptie, geweld, criminaliteit en
sociale conflicten mee en laten een verwoest oerwoud achter,” stelt
Femke Bartels, campagneleider van Greenpeace “Congo heeft een
nationaal plan voor landgebruik nodig, waar de Wereldbank in zou
moeten investeren. Ecologisch waardevolle gebieden moeten daarin
worden aangewezen voor bescherming, de lokale bevolking moet kunnen
blijven beschikken over de bossen. Totdat er een landgebruiksplan
ligt en de

overheid de wet kan handhaven, hoort het huidige moratorium op
houtkapconcessies streng te worden gehandhaafd.”

Nederland is de vierde importeur van Europa geworden van
tropisch hout uit de DRC. Ons land kocht in 2005 hout ter waarde
van 4,6 miljoen euro, in 2006 steeg dat naar 16,9 miljoen euro.
Greenpeace ziet voor Nederland, als belangrijk donorland van de
Wereldbank, een positievere rol weggelegd. Greenpeace vraagt
minister Koenders van Ontwikkelingssamenwerking om zich bij de
Wereldbank sterk te maken voor het behoud van de Congolese
oerwouden en voor het moratorium op nieuwe concessies.

Van 14-16 april vindt in Washington de voorjaarsvergadering van
de Wereldbank plaats.

Bijlagen Greenpeace Rapport ‘Carving Up the Congo’ 92 p.
Nederlandse samenvatting ‘Carving Up the Congo’ 15 p.
Beeldmateriaal 28 minuten uit de Congolese bossen, Bandudu regio.
Foto’s van Congo oa. Bandudu (februari 2007) en Kisangani (maart
2007).

Greenpeace is een onafhankelijke, wereldwijde milieuorganisatie
die wordt vertegenwoordigd in meer dan veertig landen. De
organisatie wordt in Nederland gesteund door bijna 580.000
donateurs. Greenpeace voert actie tegen klimaatverandering,
nucleaire energie, giftige stoffen, het kappen van oerbossen en het
verdwijnen van biodiversiteit op land en zee.