Greenpeace: illegale visserij extra probleem voor overbelaste oceanen

Nederland — Het Greenpeace-schip de Esperanza is nu op weg naar de Atlantische Oceaan om de aandacht te vestigen op illegale visserij. Het is het vervolg van de internationale oceanenexpeditie om de oceanen te beschermen, die begon met 73 dagen actievoeren tegen de Japanse walvisjacht in de Zuidelijke Oceaan. Elke dag, overal ter wereld, worden door piraterij de visstanden extra onder druk gezet en laten de illegale vissers een spoor van vernieling na in de oceanen. Greenpeace wil tijdens deze expeditie piratenvisserij aan het licht brengen. De milieuorganisatie eist dat regeringen hun havens sluiten voor piratenvissers en maatregelen nemen zodat de illegale vis niet langer op de reguliere markt terechtkomt.

Wereldwijd wordt illegaal vis gevangen ter waarde van 4 tot 9 miljard dollar. Dat is 20 procent van de totale visvangst. Er wordt geschat dat alleen al in de wateren ten oosten en westen van Afrika jaarlijks voor 1 miljard dollar illegaal wordt gevangen. Zo is de vangst van patagonische tandvis in de Zuidelijke Oceaan voor meer dan 50 procent illegaal. Noordelijker, in de Barentszzee, komt naar schatting 30 procent van de in 2005 gevangen kabeljauw van piratenvisserij.

In de Atlantische Oceaan vissen piratenschepen met name voor de lucratieve tonijnmarkt. Jaarlijks vangen zij tonnen vis, volledig tegen de internationale regels in. De vis wordt overgeladen op koelschepen die via mazen in de wet hun illegale vangsten aan land kunnen brengen. Ook Nederland doet mee aan de piraterij: ook hier komt illegaal gevangen vis op de markt terecht, via verschillende Nederlandse havens.

“Illegale visserij op tonijn is maar één voorbeeld van een wereldwijd probleem,” aldus Farah Obaidullah, campagneleider Oceanen van Greenpeace Nederland. “Piratenvisserij zorgt wereldwijd voor een enorme extra druk op de toch al overbeviste oceanen. De rest van het leven in zee heeft bovendien ernstig te lijden onder deze visserij.” Enorme sleepnetten vernietigen het bodemleven. Ook gebruiken piraten vislijnen van meer dan 100 kilometer lang. Aan de tienduizenden vishaken blijven ondermeer zeeschildpadden, haaien, zeezoogdieren en zeevogels hangen, een belangrijke bedreiging voor deze kwetsbare zeedieren. Miljoenen vissen gaan vervolgens als bijvangst dood overboord, omdat het de verkeerde vissoort of te kleine vis is.

Greenpeace roept de Nederlandse overheid op zich hard te maken tegen piratenvisserij. Internationaal zijn er al afspraken gemaakt tegen deze illegale visvangst. Nederland moet nu de maatregelen nemen om deze afspraken na te leven. Schepen met illegale vis moeten geweigerd worden in Nederlandse havens. Bovendien moet de keten van de visserij (van vangst naar markt) doorzichtig worden gemaakt om te voorkomen dat illegale vis op de markt terechtkomt.

Het Greenpeace-schip Esperanza voer eind november 2005 uit om een jaar lang het leven in de oceanen te beschermen. Greenpeace voerde twee maanden lang actie tegen de walvisjacht door Japan in het walvisreservaat in de Zuidelijke Oceaan. Samen met het Greenpeace-schip Arctic Sunrise wist de Esperanza de walvisjacht flink te bemoeilijken. Actievoerders in rubberboten slaagden erin vele walvissen te redden. Met een vermoeide bemanning en bijna lege dieseltanks meerde de Esperanza twee weken geleden aan in Kaapstad. Aan boord zit nu de Nederlandse technicus Remon Bol (29). Via een weblog zal hij wekelijks verslag doen van de acties en belevenissen aan boord. Na de acties tegen illegale visserij zal de Esperanza aandacht vragen voor de problemen van vervuiling, klimaatverandering en milieuproblemen die ontstaan door viskwekerijen.