Als gevolg van de oorlog in Oekraïne, worden er grote graantekorten op de wereldmarkt verwacht. Rusland en Oekraïne zijn namelijk grote exporteurs van graan. Daarnaast is de industriële landbouw sterk afhankelijk (aard)olie en van gas wat ook wordt gebruikt voor het maken van kunstmest. Rusland levert zo’n 40% van de Europese gas-import. Ook levert Rusland ingrediënten voor kunstmest. De voedselprijzen zullen de komende tijd dan ook gaan stijgen, omdat de prijs van fossiele brandstoffen, kunstmest en veevoer stijgt.

Moeten we ons zorgen maken over voedseltekorten?   

De EU is een netto-exporteur van landbouwgrondstoffen. De grootste gevolgen voor voedselzekerheid zullen voorlopig dan ook niet in Europa worden gevoeld, maar helaas vooral in armere landen buiten Europa. Denk aan het Midden-Oosten en Noord-Afrika, gebieden die voor granen sterk afhankelijk zijn van Oekraïne en Rusland. Deze regio’s hebben al vaak met honger te maken hebben en stijgende voedselprijzen kunnen hierdoor extra zware gevolgen hebben. 

Hoe worden we minder afhankelijk van fossiel, kunstmest en veevoer?

Overheden moeten verduurzaming van ons voedselsysteem niet op de lange baan schuiven, maar juist nu minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen, kunstmest en veevoer. En dus de omslag maken naar een veerkrachtiger, gelokaliseerd en gediversifieerd voedselsysteem, dat gebaseerd is op de principes van ecologische landbouw. Daarbij zullen we drastisch minder vlees en zuivel moeten produceren en minder voedsel gebruiken als veevoer of in biobrandstof. 

Stijgende voedselprijzen al op recordhoogte 

Voor het uitbreken van de oorlog bevonden voedselprijzen zich al op het hoogste niveau sinds 2011-2013. Dit kwam door o.a. de COVID-pandemie, verstoringen van de toeleveringsketen, stijgende energieprijzen en extreme weersomstandigheden met slechte oogsten als gevolg. Daar komen de gevolgen van deze oorlog nog eens bovenop. 

Granen vooral naar diervoeding in Europa  

Oekraïne en Rusland zijn belangrijke exporteurs van granen en oliehoudende zaden naar de EU. Maar deze invoer speelt een beperkte rol in de totale graanvoorziening van de EU – het grootste deel van de granen in de EU wordt (steeds meer) gebruikt voor diervoeding – niet voor menselijke voeding. Ook binnen Europa zouden we juist meer landbouwgrond beschikbaar moeten maken om graan of ander voedsel voor mensen te telen. 

Uit een analyse van Europese inzet van landbouwgrond bleek namelijk dat in 2018/2019 62% van alle graangewassen werd gebruikt om dieren te voeren, 12% in de industrie en als biobrandstof, terwijl slechts 23% voor menselijk voedsel werd aangewend. Maar liefst 88% van de geproduceerde soja en 53% van de eiwitrijke peulvruchten werden ook gebruikt voor diervoeding in plaats van voor mensen. Het is dus cruciaal dat we meer landbouwgrond inzetten voor de teelt van menselijk voedsel in plaats van voor veevoer of biobrandstof. 

Gevolgen duidelijk merkbaar voor Europese industriële landbouw

De oorlog in Oekraïne heeft, net als tijdens de Corona-pandemie, opnieuw duidelijk gemaakt dat ons huidige voedselsysteem niet werkt. Het Europese voedselsysteem is met name gericht op overproductie van dierlijke producten en productie voor de export. Gewassen worden gebruikt om dieren en auto’s te voeden, in plaats van mensen. En de Europese landbouwsector is nog steeds sterk afhankelijk van fossiele brandstoffen, kunstmest en andere chemische inputs. In 2019 betrof (aard)olie zo’n 55% van het totale energieverbruik in de EU-landbouw, en fossiel gas zo’n 14%.

Europa merkt dan ook de gevolgen van stijgende kosten door minder beschikbaarheid, en hogere prijzen van kunstmest en brandstof voor landbouwmachines. Ook de prijzen van veevoer zullen stijgen. Oekraïne exporteerde voorheen bijvoorbeeld veel maïs dat wordt gebruikt in de vlees- en zuivelindustrie in Europa. 

Waarom wordt ons voedsel duurder?

Rusland is ’s werelds derde grootste producent van olie (na de VS en Saoedi-Arabië) (gebruikt voor tractoren), aardgas (Rusland levert ongeveer 40% van de huidige invoer van de EU), als meststoffen (kalium, stikstof), die worden gebruikt om kunstmest te produceren. Kortom de oorlog leidt tot extra prijsstijgingen van het industriële landbouwsysteem door stijgende kosten voor deze inputs, evenals voor veevoer.

Daarom is het juist extra belangrijk dat we de omslag maken naar ecologische landbouw zonder kunstmest. En de enige manier om voedselsoevereiniteit te bereiken, is door de productie en consumptie van vlees en zuivel tegelijkertijd drastisch te verminderen. Zo komt er ook meer landbouwgrond beschikbaar voor de productie van menselijk voedsel. 

Landbouwlobby tracht verduurzaming landbouw uit te stellen 

De oorlog in Oekraïne was nog maar net begonnen en de geluiden om verduurzaming van de landbouw in zowel Europa als Nederland op de lange baan te schuiven kwamen al omhoog onder het mom van onze ‘voedselzekerheid’ veiligstellen.

Zo lobbyde o.a. de landbouwlobbykoepel COPA COGECA in Brussel tegen de Farm to Fork strategie. Dat is onacceptabel, omdat elke nieuwe crisis die zich ontvouwt, de neiging heeft om de bestaande crises waarmee we al worden geconfronteerd te verergeren. Ook in Nederland werden de recente verduurzamingsplannen van het kabinet in twijfel getrokken door kalvermesterij Van Drie, en belangenbehartigers van de varkenssector en de veehandelaren. De Rabobank stelt ook dat verduurzaming ‘tijdelijk in de ijskast’ zou moeten worden gezet. Ook lobbyclub LTO opperde dat het met het verduurzamen van de landbouw maar wat minder moet. En op 15 maart jl. werd zelfs een motie in de Tweede Kamer aangenomen om de Europese verduurzamingsplannen kritisch te beoordelen.

Een van de grootste bedreigingen voor de voedselzekerheid hangt samen met klimaatverandering en ecologische ineenstorting. Deze problemen niet met absolute urgentie aanpakken, is het slechtste wat Europa zou kunnen doen. In plaats van het terugdraaien van beleid dat de Europese voedselsoevereiniteit, klimaat en natuur dient moeten op korte termijn dringend oplossingen worden gezocht die de veerkracht van ons voedselsysteem op de lange termijn juist ondersteunen. We ondersteunden dan ook, samen met 84 andere organisaties, deze oproep aan de Europese Commissie. En ruim 660 (internationale) wetenschappers ondertekenden een oproep om Europees landbouwbeleid juist verder te verduurzamen, minder dierlijk en meer plantaardig voedsel te verbouwen, minder te verspillen en minder kunstmest te gebruiken.

Wat betekent dit voor boeren?

Industriële landbouw houdt boeren in een afhankelijke positie. En boeren hebben nu al te maken met hoge kostenstijgingen. Als we de onvermijdelijke verduurzamingsplannen voor de landbouw op de lange termijn zouden schuiven, betekent dat dat we boeren aan de grillen van de wereldmarkt blijven overleveren.

Nota bene in een telkens verder escalerende klimaat- en biodiversiteitscrisis, waar ook de boer de gevolgen (zoals overstromingen, droogte of extreme hitte) van op zijn erf krijgt. We blijven hen hierdoor voortdurend met wisselvallige inputkosten opzadelen en zullen van crisis naar crisis blijven hoppen.

Wat moet er gebeuren? 

Hoe langer deze oorlog duurt, hoe groter ook de gevolgen voor het voedselsysteem. Terwijl ze streven naar vrede, mogen de Europese en Nederlandse leiders de noodzaak om de klimaat- en biodiversiteitscrisis aan te pakken niet uit het oog verliezen.

Ze moeten weerstand bieden aan de uitbuiting van de oorlog in Oekraïne door de landbouwindustrie in hun oproepen om verduurzaming van de landbouw te verzwakken of terug te draaien. In plaats daarvan moeten ze op korte termijn dringend oplossingen zoeken die de veerkracht van het voedselsysteem op de lange termijn ondersteunen, door:

  • steun te verschuiven van de geïndustrialiseerde productie van voedsel naar de herlokalisatie van voedselsystemen en ecologische voedselproductie.
  • veevoerproductie te verminderen om voedselproductie te garanderen.
  • in te zetten op het uitfaseren van kunstmest. Kunstmest heeft niet alleen een zware impact op klimaatverandering en biodiversiteit, maar zoals deze crisis laat zien, kan afhankelijkheid van meststoffen de voedselkosten opdrijven en leiden tot voedselonzekerheid in landen met lagere inkomens.
  • weerstand te bieden aan de druk om het gebruik van biobrandstoffen te vergroten. 
  • voedselprijsstabiliteit te garanderen tijdens de oorlog in Oekraïne en de maanden direct daarna, zodat er niet nog meer burgerlijke onrust ontstaat door weer een nieuwe crisis.
  • humanitaire hulp te ondersteunen die leidt tot de veerkracht en voedselsoevereiniteit van lokale gemeenschappen op de lange termijn.
  • stoppen met alle import, productie, handel en investeringen van conflicthout en houtproducten uit Rusland en Belarus.

Een uitgebreid overzicht van alle korte- en langetermijnmaatregelen die Europese leiders nu moeten nemen kun je hier vinden.

Ecologische landbouw kan de wereld voeden

Er is een groeiende beweging in opkomst van boeren die laten zien dat het ook anders kan. Zo wil agro-ecologische landbouw onze gezondheid én onze voedselproductie ook in de toekomst veiligstellen.

Minder vlees en zuivel eten is de beste manier om onze ecologische voetafdruk te verkleinen (zie bv het EAT-Lancet rapport). Door meer plantaardig te eten wordt het mogelijk om de hele wereld op een agro-ecologische manier te voeden.

Zie bijvoorbeeld een rapport van denktank IDDRI, dat deze oefening voor Europa maakte. Agro-ecologie kan de wereld dus voeden, als we bereid zijn om onze consumptie van vlees en zuivel verminderen, en tegelijkertijd ook minder voedsel verspillen. 

Wat kun jij doen?

Naast dat het belangrijk is om de straat op te gaan voor vrede en hulporganisaties te ondersteunen, kun jij nu een steentje bijdragen door je vlees- en zuivelconsumptie te verminderen. Ook helpt het om zoveel mogelijk biologische producten te consumeren, deze worden immers geproduceerd zonder gebruik te maken van kunstmest.

Je kunt je ook aansluiten bij CSA (Community Supported Agriculture)-netwerk Nederland, wat de productie van vers, lokaal, seizoensgebonden, gezond en gevarieerd voedsel toegankelijk maakt voor iedereen, of bij de Herenboeren, waar boeren werken voor huishoudens die lid zijn van een coöperatie. Of doe je boodschappen bij een Caring Farmer bij jou in de buurt.

Daarnaast helpt het om je thermostaat naar beneden te draaien, en bij onze overheid aan te blijven dringen op die razendsnelle omslag van fossiel naar écht hernieuwbare energie.