10 procent hernieuwbare energie gebruiken. Om dat nobele streven te bereiken dreigt de oliesector te kiezen voor de gemakkelijkste én meest destructieve methode: het bijmengen van biobrandstoffen uit palmolie. Voor het verbouwen van voedselgewassen zoals palmolie is veel landbouwgrond nodig, wat leidt tot landconflicten en ontbossing. Hierbij komen grote hoeveelheden broeikasgassen vrij. Dit effect zou door de overheid moeten worden meegerekend, vinden de milieu- en ontwikkelingsorganisaties.
‘We gaan toch niet regenwouden en orang-oetans om zeep helpen om in Nederland palmolie in onze autotank te gooien?’, stelt Michiel van Geelen, campagneleider bossen bij Greenpeace. ‘De potentie Volgens Europese doelstellingen moet de verkeers- en vervoersector in 2020 voor minimaal van echt groene alternatieven, zoals groen gas uit GFT-afval en duurzaam opgewekte elektriciteit, is groot. De Tweede Kamer heeft donderdag iets te kiezen: gaan we straks rijden op regenwouddiesel of op groen gas uit aardappelschillen? Daarnaast moeten we natuurlijk inzetten op minder brandstofverbruik door zuinige auto’s en beter openbaar vervoer.’
Rijden op elektriciteit of groen gas komt met het huidige beleid niet van de grond. De milieu- en ontwikkelingsorganisaties adviseren, net als de door de regering ingestelde Commissie Corbey, om de keuze niet louter aan de markt te laten, maar rijden op elektriciteit en biobrandstoffen uit reststromen ook daadwerkelijk te stimuleren door hiervoor aparte doelstellingen op te nemen. De regering heeft dit advies vooralsnog genegeerd.
Het rapport van het Institute for European Environmetal Policy (The Indirect Land Use Change Impact of the Use of Biofuels in the EU) dat donderdag wordt aangeboden aan de Kamercommissie Infrastructuur en Milieu is hier te lezen: http://bit.ly/EUbiodiesel