Pure stikstof is niets meer dan een hap lucht. Toch brengt het onze gezondheid en onze natuur in gevaar. Hoe zit dat? Als je dit artikel leest, begrijp je eindelijk wat het probleem (en de oplossing) is. 

Dit artikel komt uit het Greenpeace Magazine. Wil je dit magazine ook thuis ontvangen? Word dan nu supporter!

Stikstof: wat is het eigenlijk?

Hap lucht
Pure stikstof (N2) is een natuurlijk element dat in 78% van elke hap lucht zit die wij inademen. Stikstof is essentieel voor al het leven op aarde, maar een overmaat is schadelijk voor mens en natuur.

Als stikstof zich bindt aan waterstof vormt het ammoniak en als het zich aan zuurstof bindt, ontstaan nitraat en nitriet (NOx of stikstofoxiden). Ammoniak en NOx zijn zogenoemde reactieve stikstofverbindingen die de huidige problemen veroorzaken.

Stikstofneerslag
● Landbouw/veeteelt: 46%
● Scheepvaart en wegverkeer: 11,2%
● Huishoudens: 6,1%
● Ammoniak uit zee: 2,2%
● Industrie, afval- en energiesector: 2,2%
● Buitenlandse bronnen: 32%
NB: er waait 4 keer zoveel stikstof Nederland uít dan
dat er binnenkomt.

Dierenmest
Nederland stoot gemiddeld 4 keer zoveel stikstof uit als andere Europese landen: 177 miljoen kilo in 2019. Daarvan bestaat 40% uit stikstofoxiden en 60% uit ammoniak.

Ammoniak ontstaat in dierenmest, waarvan Nederland jaarlijks meer dan 75 miljard kilo produceert (ruim 4.400 kilo mest per Nederlander). De veehouderij speelt dan ook een sleutelrol in de natuurcrisis.

Van alle Europese landen houdt Nederland per hectare landbouwgrond het meeste aantal dieren. Noord-Brabant is zelfs het meest vee-dichte gebied ter wereld. Driekwart van ons vlees gaat de grens over. Anders gezegd: 100 miljoen mensen in 140 landen eten dagelijks vlees van Nederlandse makelij.

Onze op hol geslagen veestapel levert naast omzet en werkgelegenheid vooral veel lasten op. Voor de natuur, door watervervuiling, klimaatverandering en verlies van biodiversiteit, maar ook voor de mens.

De gevolgen

In de lucht
Ammoniak wordt in de atmosfeer omgezet in fijnstof en dat is schadelijk voor onze luchtwegen, hart en bloedvaten. Niet voor niets dringt de Gezondheidsraad aan op het terugdringen van de stikstofuitstoot.

De industriële veehouderij is sowieso een ongezonde sector, voor omwonenden én voor veehouders. Varkensfabrieken stoten naast ammoniak bijvoorbeeld ook methaan, sulfaat en stofdeeltjes uit. Allemaal stoffen die wetenschappelijk in verband gebracht zijn met ademhalings- en longproblemen. Andere gezondheidsrisico’s door vee zijn besmettelijke ziektes als hepatitis E, Q-koorts en vogelgriep.

Op het land
Planten hebben gebonden stikstof nodig om te groeien. Maar door te veel stikstof groeien bepaalde planten heel snel, waardoor ze langzame groeiers overwoekeren. Daardoor verdwijnen insecten en vervolgens de vogels die daarvan afhankelijk zijn.

In Nederland is al 60-70% van weidevogels zoals de grutto en de veldleeuwerik verdwenen. De helft van de beschermde vogelsoorten die het hele jaar hier verblijven, is gevoelig voor stikstof. Het gros hiervan staat ook op de Rode Lijst. Soorten als het korhoen, de tapuit of de duinpieper zijn sterk bedreigd of al verdwenen.

In het water
Gebonden stikstof – en vooral nitraat en ammonium – veroorzaakt overmatige algenbloei in ons (grond)water, wat weer tot zuurstofarm water met een hogere zuurgraad en vissterfte leidt. Omdat nitraat in drinkwater kan leiden tot bloedarmoede, blauwzucht en vergroting van de schildklier, geldt hiervoor een Europese wettelijke norm.

Die norm wordt overschreden in het grondwater van ruim 30 (van de circa 200) Nederlandse grondwaterbeschermingsgebieden, blijkt uit een RIVM-rapport. Ook zijn de concentraties stikstof en fosfor te hoog in een groot deel van de oppervlaktewateren. Sowieso is de kwaliteit daarvan niet op orde, waardoor duurdere waterzuivering nodig is.

Wie is er verantwoordelijk?

Boerenlobby en de overheid
Zowel de overheid als de boerenbelangenorganisatie LTO Nederland proberen het stikstofprobleem op te lossen zonder daadwerkelijk het onderliggende systeem van intensieve veehouderij te veranderen. Dweilen met de kraan open dus.
Met hele dure dweilen zelfs, zoals luchtwassers om ammoniak uit de lucht te filteren en emissiearme stalvloeren.

De overheid heeft jarenlang onvoldoende gedaan om de natuurcrisis aan te pakken. En uit onderzoek blijkt dat ook de nieuwe stikstowet onze meest kwetsbare natuur niet gaat redden. Ook kwam landbouwminister Schouten met het voorstel om de veestapel op een eiwitarm dieet te zetten, een plan dat al vrij snel afgeschoten werd. Eerder stelde LTO Nederland al voor dat we als land de beschermde status van natuurgebieden opheffen. Praktisch betekent dit dat we onze natuur dus laten stikken.

De Rabobank
Investeerders als de Rabobank zijn medeverantwoordelijk voor de stikstofcrisis. ‘Growing a better world together’ is de slogan van deze ‘boerenbank’. Groei jaagt de Rabobank zeker na, maar een betere wereld duidelijk niet. In ons rapport De vleeskoorts van de Rabobank lieten we zien hoe de bank klimaatverandering, achteruitgang van de natuur, gezondheidsproblemen en dierenleed financiert.

Het is onverantwoord dat dit soort grote geldschieters miljarden blijft steken in een systeem dat vervuilend én onhoudbaar is. De manier van boeren die daarbij hoort, het ombouwen van boerderijen naar veefabrieken, heeft de bank jarenlang winst opgeleverd. En veel boeren vastgezet op een doodlopende weg.

Alstublieft: de rekening
Goed beschouwd is de vee-industrie allang failliet: ondanks de enorme omzet van deze sector, zijn de kosten groter dan de baten. In opdracht van Greenpeace berekende onafhankelijk onderzoeksbureau Ecorys dat de landbouwsector ons in 2018 € 6,9 miljard kostte.

Daarvan wordt € 5,5 miljard door de veehouderij veroorzaakt. En dan zijn dit alleen de kosten die relatief makkelijk in geld uit te drukken zijn, zoals schade aan natuur, klimaat en volksgezondheid.

Kostenposten als de ontbossing van de Amazone voor de sojateelt voor veevoer tellen we nog niet eens mee. Hoe langer we wachten met een echte transitie naar een duurzaam landbouwsysteem, hoe meer belastinggeld er in deze bodemloze put verdwijnt.

Hoe kan het anders?

Meer plantaardige eiwitten
Vlees eten en op grote schaal exporteren zoals we dat in Nederland gewend zijn, kan simpelweg niet meer. Onze natuur, ons klimaat én onze gezondheid zijn er de dupe van. Een gezonde toekomst begint met een landbouwsysteem waarin we minder dieren ‘verwerken’ en meer plantaardige eiwitten produceren.

Eiwitten zijn nu eenmaal een onmisbare voedingsstof, maar we kunnen ze ook prima uit planten halen. Ook biedt ecologische landbouw veel ruimte aan natuur en biodiversiteit. En als we wereldwijd drastisch minder vlees gaan consumeren, neemt ook de vraag naar veevoer af; daar wordt nu nog veel Amazonewoud voor gekapt.

Meer weten?
Hier lees je precies hoe gezond de Nederlandse landbouw en veeteelt er over twintig jaar uit kan zien.