Een wetenschappelijke studie heeft de aanwezigheid van walvissen en dolfijnen bevestigd in twee gebieden in de Stille Oceaan waar The Metals Company (TMC) de diepzee wil ontginnen voor zeldzame metalen. De studie bevestigt onder andere de aanwezigheid van de potvis, die op de IUCN Rode Lijst van bedreigde soorten staat. De nood voor meer wetenschappelijke kennis over de impact van diepzeemijnbouw op het leefmilieu en walvissen zal ter discussie staan op de bijeenkomst van de Internationale Zeebodemautoriteit (ISA) in juli, waar ook België aanwezig zal zijn. 

Pottwalvissen voor de kust van Sri Lanka © Paul Hilton / Greenpeace.

Het onderzoek, vandaag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Frontiers in Marine Science, werd uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Exeter en de Greenpeace Research Laboratories aan boord van het Greenpeace-schip Arctic Sunrise. De wetenschappers bestudeerden 2 exploratieblokken van TMC in de Clarion-Clipperton Zone (CCZ): de NORI-d en TOML-e. Het onderzoeksteam trok 13 dagen door de twee zones en maakte via hydrofoons 74 akoestische waarnemingen van walvisachtigen, waaronder een potvis, grijze dolfijnen en gewone dolfijnen. 

Dr. Kirsten Young, hoofdauteur van de studie (Universiteit van Exeter), licht toe: “We wisten al dat de Clarion-Clipperton Zone minstens 20 soorten walvisachtigen herbergt, maar nu hebben we de aanwezigheid van enkele soorten aangetoond in gebieden die TMC specifiek voor diepzeemijnbouw heeft bestemd. Hoewel meer onderzoek nodig is om een volledig beeld te krijgen van de impact van geluid en sedimentpluimen op walvisachtigen, staat vast dat diepzeemijnbouw een negatief effect zal hebben op oceaanecosystemen – vooral in afgelegen gebieden waar monitoring bijzonder moeilijk is.”

President Trump breekt internationale zeewet

Eerder dit jaar tekende Amerikaans president Trump een presidentieel besluit om versneld de diepzee in internationale wateren te ontginnen, tegen internationale wetgeving in. TMC diende daarop een verzoek in voor commerciële diepzeemijnbouw in het NORI-d gebied in de CCZ, in de Stille Oceaan. Zo ondermijnen Trump en TMC de ISA, de instelling van de Verenigde Naties die diepzeemijnbouw reguleert en tot nog toe niet toestond. Op de volgende bijeenkomst van de ISA in juli in Jamaica zullen deze unilaterale actie en de mijnbouwcode om diepzeemijnbouw te reguleren op de agenda staan. 

Ook België is als lid van de ISA-raad aanwezig op de bijeenkomst in Kingston, en speelt een sleutelrol in de onderhandelingen over diepzeemijnbouw. “Studies als deze tonen ons dat er nog zoveel te ontdekken is over de diepzee en de vele soorten die er leven. Het is roekeloos om de diepzee open te stellen voor mijnbouw, terwijl we haar nog amper begrijpen. België moet zich blijven inzetten om wetenschappelijk onderzoek en de bescherming van het mariene milieu als basisprincipes te behouden bij de ISA-onderhandelingen. We mogen niet zwichten voor het pestgedrag van Trump of de commerciële belangen van enkele bedrijven”, zegt Ruth-Marie Henckes, campagneleider Oceaan bij Greenpeace België. 

Oproep tot moratorium 

De oproep tot een internationaal moratorium klinkt steeds luider, zowel bij wetenschappers als bij regeringen. Tijdens de recente VN Oceaantop in Nice sloten 4 nieuwe landen zich aan bij de groep van 37 voorstanders van een moratorium. Ook VN secretaris-geneeraal Antonio Guteres riep er op om diepzeemijnbouw een halte toe te roepen.