De allereerste Rainbow Warrior zeilt door de Stille Oceaan, op weg naar de Marshalleilanden. Het is mei 1985. Twee maanden later ligt het iconische schip van Greenpeace op de bodem van de haven van Auckland, Nieuw-Zeeland — de romp opengereten door twee bommen. Fernando Pereira, fotograaf en bemanningslid, komt om bij deze aanslag, gepleegd door de Franse geheime dienst. Veel mensen kennen dit droevige verhaal. Maar wie herinnert zich nog de laatste expeditie die het schip tot daar bracht?
Het is die expeditie waarover we je vandaag willen vertellen. Terwijl de derde Rainbow Warrior opnieuw vaart in het spoor van zijn voorganger — exact 40 jaar later — in de wateren van de Stille Oceaan.

Kernproefkonijnen
Tussen 1946 en 1958 voerden de Verenigde Staten 67 kernproeven uit op de Marshalleilanden, onder andere op de atollen Enewetak en Bikini, met verwoestende gevolgen. Op 1 maart 1954 ontploft de bom “Castle Bravo” op Bikini – duizend keer krachtiger dan Hiroshima. Radioactieve neerslag verspreidt zich over duizenden vierkante kilometers, tot op het bewoonde atol Rongelap, 150 km verderop. De kinderen denken dat het sneeuwt en gaan buiten spelen. In een radioactieve omgeving telt elke minuut. Pas na drie dagen evacueert de Amerikaanse overheid de bevolking. Drie jaar later worden ze teruggebracht met de boodschap dat het “weer veilig” is.

De nucleaire ontploffingen besmetten de bodem, het water, het voedsel… Decennialang nemen ziekten zoals kanker toe. Vele vrouwen krijgen miskramen of baren kinderen met ernstige afwijkingen. De inwoners van Rongelap deden dienst als proefpersonen voor het Amerikaanse leger dat, onder het beruchte “Project 4.1”, jarenlang de effecten van straling op mensen onderzocht.
Door het uitblijven van actie van de VS en de internationale gemeenschap, neemt Jeton Anjain, een senator afkomstig van Rongelap, in 1985 contact op met Greenpeace. Hij vraagt hulp om zijn volk van het besmette en onleefbare eiland te evacueren.
Missie Exodus
Veertig jaar geleden komt Greenpeace tegemoet aan de noodkreet uit Rongelap. De bemanning van de Rainbow Warrior zet koers richting het atol om te helpen. In mei 1985 organiseert de bemanning de evacuatie van de volledige bevolking naar een veiligere plek. In elf dagen, en met drie overvaarten, worden ongeveer 300 mensen en hun bezittingen overgebracht.
De missie, Exodus genoemd, gebeurt zonder slogans of spandoeken — maar wel met een camera. Die van Fernando Pereira, de Greenpeace-fotograaf die enkele weken later omkomt bij de bomaanslag op de Rainbow Warrior in Nieuw-Zeeland. Zijn allerlaatste foto’s documenteren het gedwongen vertrek van een volk ten gevolge van nucleaire waanzin.

De expeditie die niet plaatsvond
Na missie Exodus vaart de Rainbow Warrior naar Auckland, Nieuw-Zeeland. Na een korte pauze staat een nieuwe expeditienaar Frans-Polynesië gepland, waar ook kernproeven hebben plaatsgevonden, door Frankrijk dit keer. De Rainbow Warrior zou een protestvloot leiden naar Moruroa, tegen de Franse kernproeven. Frankrijk besluit de vreedzame actie te saboteren… met een bomaanslag.

Juli 1985 © Greenpeace / John Miller
Nog steeds solidair met de Marshalleilanden
Vandaag is er nog steeds geen oncologisch centrum op de Marshalleilanden. Generaties mensen dragen de gevolgen van de nucleaire tests: geen gerechtigheid, geen gepaste zorg, geen volledige compensatie voor hun verliezen en schade.
Veertig jaar na de hulp aan Rongelap, is Greenpeace opnieuw terug op uitnodiging van de bevolking. Gedurende zes weken bezoekt de Rainbow Warrior III verschillende atollen om getuigenissen te verzamelen en wetenschappelijk onderzoek te doen naar de stralingsniveaus. De resultaten zullen dienen als ondersteuning voor rechtszaken van de Marshalleilanden tegen de Verenigde Staten en de VN.

Maart 2025 © Bianca Vitale / Greenpeace
Na de missie in de Marshalleilanden vaart de Rainbow Warrior III in juli naar Auckland, Nieuw-Zeeland, om de veertigste verjaardag van de aanslag op de eerste Rainbow Warrior te herdenken.
Een schip kun je tot zinken brengen, een regenboog niet.