Advocaten van de internationale milieuorganisatie ClientEarth hebben samen met 13 ngo’s de Vlaamse overheid voor de rechter gedaagd. Zij willen zo voorkomen dat de petrochemiereus INEOS in de haven van Antwerpen zijn grootste investering in plastic ooit doet.

Deze stap vormt het hoogtepunt van een langdurige juridische strijd van deze organisaties tegen Project One, zoals de naam luidt van het 3 miljard euro kostende project van INEOS dat vlak naast een Natura 2000-gebied wordt gebouwd. Het betreft een ethaankraker waarin fossiel gas wordt omgezet in ethyleen, een van de bouwstenen van plastic.

INEOS heeft tot dusver onvoldoende aangetoond welke effecten dit project zal hebben op het klimaat, de natuur en de plaatselijke luchtkwaliteit, terwijl die waarschijnlijk allemaal sterk onder dit project zullen lijden. De milieuorganisaties argumenteren dat de Vlaamse autoriteiten het project hebben goedgekeurd zonder volledige assessment van de impact en dat ze daarmee zowel in strijd met de Belgische als de Europese wetgeving hebben gehandeld.

ClientEarth-advocaat Tatiana Luján: ‘We moeten ons goed realiseren dat dit soort investeringen het ‘plan b’ zijn van de fossiele industrie: een alternatief verdienmodel om deze sector in leven te houden en fossiel gas aan te wenden voor de productie van plastic. Project One zou Europa’s grootste plasticinvestering in decennia worden.

‘Dit soort projecten hebben zowel lokaal als wereldwijd verwoestende effecten op het milieu en klimaat. De kunststoffen die in deze installaties worden geproduceerd, stoten in elke fase van hun levenscyclus CO2 uit. Het is deze ‘slow burn’-factor van plastic die nog steeds niet in de rekenmodellen wordt meegenomen.

‘In plaats van dit uitzonderlijk destructieve en onnodige project tegen te houden, heeft de overheid het juist met open armen verwelkomd. Aangezien zij heeft nagelaten de onvermijdelijke schadelijke effecten van Project One onder ogen te zien en openbaar te maken, rest ons geen andere keuze dan het project voor de rechter te brengen en de afgegeven vergunning eens en voor altijd te laten intrekken.’

De milieuorganisaties stellen dat ook de gevolgen van de stikstofuitstoot van Project One nog steeds ernstig worden onderschat. De Vlaamse stikstofconcentraties overschrijden sterk de veilige waarden, met mogelijk ernstige consequenties voor het milieu en de gezondheid van de mens. Project One zal het stikstofprobleem in de regio alleen nog maar vergroten.

Benjamin Clarysse, projectcoördinator van de Bond Beter Leefmilieu: ‘Gezien de huidige stikstofcrisis in Vlaanderen en de veelbesproken gevolgen voor de Vlaamse landbouw, valt niet uit te leggen dat INEOS onze regio opzadelt met weer een nieuw, stikstofuitstotend project. De cumulatieve gezondheidseffecten van Project One zijn onvoldoende onderzocht en er is grote onduidelijkheid over de te verwachten stikstofemissie.

‘Deze vervuiling, bovenop de rest van de uitstoot van het kraken van fossiel ethaangas, zal de lokale luchtkwaliteit ernstig verslechteren, resulterend in een bijkomend risico voor de menselijke gezondheid.’

Ook is onvoldoende onderzocht in hoeverre zowel lokaal als grensoverschrijdend de vervuiling met nurdles, de ‘lekkage’ van plastickorreltjes naar het milieu, zal toenemen met de komst van Project One.

Uit een eerder dit jaar gepubliceerd rapport bleek de Westerschelde in Nederland reeds sterk vervuild te zijn met plastickorrels, die voor een groot deel afkomstig zijn van producenten in Antwerpen. Naar aanleiding van dit rapport heeft het Nederlandse parlement deze maand twee moties aangenomen: om de vermindering van nurdle-vervuiling in de Westerschelde te onderzoeken en ‘keiharde afspraken’ te maken met de Vlaamse overheid.

Maria Westerbos, directeur van Plastic Soup Foundation: ‘De bestaande industrie in de Antwerpse haven zorgt nu al voor een enorme nurdle-vervuiling. Hier lijden niet alleen de natuur, de dieren en de menselijke gezondheid in België onder, maar ook die in Nederland. Het gebrek aan handhaving is duidelijk zichtbaar in de wateren en op de oevers van beide landen en dit probleem zal met de komst van Project One alleen maar groter worden.

Wij eisen dan ook dat de Belgische én Nederlandse autoriteiten hun plicht doen om ons en het milieu te beschermen, en de bouw van Project One tegen te houdézen, want plasticvervuiling stopt niet bij de grens.’

Voor de redactie

ClientEarth werkt samen met de volgende organisaties om de bouw van INEOS’ Project One tegen te houden: Bond Beter Leefmilieu (BBL), BOS+, Climaxi, Fairfin, Gallifrey Foundation, Greenpeace België, Grootouders voor het Klimaat, Klimaatzaak, Natuurbeschermingsvereniging De Steltkluut, Plastic Soup Foundation, Recycling Netwerk Benelux, WWF België, en Zero Waste Europe.

Een verzoek tot vernietiging van de Project One-vergunning is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen ingediend tegen het Vlaamse Gewest. In eerste instantie wordt de Vlaamse overheid hiervan op de hoogte gesteld en uiteindelijk volgt er een hoorzitting.

Vorige maand werd een eerder beroep tegen de vergunning voor Project One verworpen door het Vlaamse Ministerie van Justitie, handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.

De vergunning die nu wordt aangevochten is verleend nadat INEOS het project eerder in tweeën had gesplitst en de eerste vergunningsaanvraag vervolgens helemaal introk. Voorafgaand aan dit besluit hadden bovengenoemde milieuorganisaties de eerste vergunning voor het project van 3 miljard euro al aangevochten en met succes geblokkeerd.

ClientEarth en haar partners hebben systematisch juridische stappen gezet tegen de vergunningsprocedure van INEOS met als argument dat de Vlaamse autoriteiten de milieueffecten van het geplande project onvoldoende hebben onderzocht – een duidelijke schending van de EU- en nationale wetgeving. Daarmee is de geplande uitbreiding van INEOS reeds met meer dan een jaar vertraagd.

Naar schatting belandt er in Europa jaarlijks 167 000 ton aan plastickorrels, ofwel nurdles, in het milieu. Deze vormen het halffabricaat waarvan plastic producten worden gemaakt. Daarmee zijn nurdles de op één na grootste bron van primaire microplasticverontreiniging.

De haven van Antwerpen ligt vlak naast een volgens de EU te beschermen Natura 2000-gebied. De in het havengebied reeds aanwezige kunststoffabrieken lekken nu al grote hoeveelheden nurdles, die zich ophopen in de bodem of stroomafwaarts worden meegevoerd. Deze vormen een ernstige bedreiging voor habitats en vogelsoorten die de nurdles aanzien voor viseitjes en ze opeten.

En het probleem beperkt zich niet tot België. Door de ligging aan de landsgrens zullen de milieueffecten van Project One waarschijnlijk ook gevolgen hebben voor Nederland. Eerder dit jaar publiceerde Plastic Soup Foundation een rapport van een klokkenluider waaruit bleek dat de Westerschelde nu al zwaar vervuild is met plastickorrels, waarvan er veel afkomstig zijn van producenten in Antwerpen.

De productie van plastic is de grootste aanjager van de petrochemische industrie, die draait op olie en gas. Petrochemische bedrijven zijn dan ook belangrijke actoren in de wereldwijde vraag naar fossiele brandstoffen, aangezien zij de derivaten van fossiele brandstoffen hoofdzakelijk voor de productie van plastic gebruiken.

Uit een recent verslag van FairFin blijkt dat ’s werelds grootste internationale banken de afgelopen vijf jaar samen voor bijna 22 miljard euro hebben geïnvesteerd in slechts twee petrochemische bedrijven: INEOS en Borealis. Daarmee hebben ze aanzienlijke financiële risico’s genomen.

Volgens de milieueffectrapportage van Project One is zo’n 90% van de wereldwijde ethyleenproductie bestemd voor plastictoepassingen. En volgens de IEEFA kan ongeveer 63% van de wereldwijde ethyleenproductie in verband worden gebracht met de productie van plastic dat onder de noemer wegwerpplastic valt.

In een rapport van Material Economics wordt opgemerkt dat plastic als een ‘slow burn’-systeem werkt, omdat er in elke fase van de levenscyclus koolstof vrijkomt. Volgens het rapport zou zelfs bij een hoog recyclingpercentage van 70% (tegen minder dan 10% nu), binnen 15 jaar ongeveer twee derde van de koolstof als CO2 de atmosfeer in gaan.

In een recente analyse van het Institute for Energy Economics and Financial Analysis (IEEFA) wordt ook gewezen op de financiële risico’s voor Project One. In de briefing worden financiële kwetsbaarheden opgesomd die vragen doen rijzen over de levensvatbaarheid van het project.

Tatiana Luján is een in Colombia geregistreerde advocaat.

Voor vragen over deze zaak

ClientEarth: Bianca Vergnaud; [email protected]; Telefoon: +32 471 88 70 95.