Greenpeace lanceert update van duurzaamheidsklassement van energieleveranciers in ons land

De investeringen van energieleveranciers in nieuwe groene energie zijn op vijf jaar tijd met maar liefst 51 procent gezakt. Terwijl de leveranciers in ons land in 2020 nog aangaven zo’n 1.662 gigawattuur aan extra zonne- en windcapaciteit te hebben geïnstalleerd in de twee voorgaande jaren, viel datzelfde cijfer nu terug naar slechts 821 gigawattuur – zo blijkt uit de analyse van Greenpeace. “De grootste oorzaak is dat investeringen in windenergie terugvallen, omdat projecten niet vergund raken. Zonne-energie kan dit slechts deels compenseren, waardoor de transitie naar hernieuwbare energie in woelig water verkeert”, aldus Tobias Pans, campaigner energietransitie bij Greenpeace België.

De investeringen van energieleveranciers in infrastructuur voor de productie van extra hernieuwbare energie zitten de laatste jaren in het slop. Dat blijkt uit de resultaten van het nieuwe klassement van Greenpeace, te raadplegen via mijngroenestroom.be, dat de inspanningen van leveranciers op het vlak van hernieuwbare energie beoordeelt. In 2020 gaven de energieleveranciers in ons land aan dat zij in de twee voorafgaande jaren nog ongeveer 1.662 gigawattuur aan bijkomende zonne- en windcapaciteit hadden geplaatst. Datzelfde cijfer is nu gezakt naar amper 821 gigawattuur, een daling van 51%. Eén van de grootste struikelblokken blijkt dat projecten voor windenergie moeilijk hun vergunning krijgen.

“Zelfs de energieleveranciers met goede bedoelingen kunnen die vaak niet waarmaken. Iedereen kent de verhalen van windmolens die op protest stoten. Daar moet onze overheid dringend een oplossing voor bieden, door zoveel mogelijk drempels weg te nemen. Zo moet onder andere het regionaal vergunningenbeleid herzien worden, want de grote meerderheid van de bevolking staat positief tegenover windenergie: het is dus slechts een minderheid dat met hun protest de verdere ontwikkeling van windenergie tegenhoudt.” – Tobias Pans, campaigner energietransitie bij Greenpeace België

Terwijl vergunningen verkrijgen voor windmolens en -parken vaak een grote uitdaging vormt, loopt het gelukkig heel wat vlotter bij zonne-energie installaties. Maar: die kunnen de achterstand bij windenergie lang niet compenseren. Voornamelijk de investeringen in offshore windenergie – windmolenparken op zee dus – zijn in elkaar gezakt. En opvallend: zelfs als die niet meegerekend worden, blijft de daling in investeringen voor hernieuwbare energie nog steeds 17%.

Overstap naar verwarmen op elektriciteit gaat te moeizaam

Uit de analyse blijkt tevens dat geen enkele energieleverancier in ons land voldoende stappen onderneemt om fossiele brandstoffen voor verwarming van woningen uit te faseren. De meeste leveranciers zitten daardoor ook niet meer op koers om tegen 2035 uitsluitend hernieuwbare energie te leveren, een broodnodig target om de opwarming van de aarde tot 1,5 graden te beperken.

“Meer nog: bepaalde spelers op de energiemarkt doen zelfs meer kwaad dan goed. TotalEnergies en Mega leiden consumenten bijvoorbeeld om de tuin door te werken met een compensatie van CO2-uitstoot via andere initiatieven. Daarnaast is Engie zelfs actief nieuwe gasketels aan het promoten. Zo houdt het systeem zichzelf in stand. Het feit dat verwarmen met elektriciteit nog steeds veel duurder is in vergelijking met verwarmen op fossiele brandstoffen, maakt de transitie helaas moeilijk voor de consument. De verantwoordelijkheid ligt hier voornamelijk bij het gebrek aan ambitie van de grote energieleveranciers.” – Tobias Pans, campaigner energietransitie bij Greenpeace België

Duurzaamheidsklassement: twee stevige dalers en een sterke nieuwkomer

De meest opvallende verandering in het duurzaamheidsklassement op mijngroenestroom.be is wellicht het puntenverlies van Eneco: bij de vorige update in 2023 was de energieleverancier nog één van de betere leerlingen van de klas met een score van 16 (op 20), nu haalt Eneco slechts 13 punten. Ook Engie-Electrabel maakt een stevige daling, van 7 naar 3 punten. In beide gevallen is de voornaamste oorzaak dat hun investeringen in hernieuwbare energie stevig gedaald zijn. Al zakt Eneco veel minder ver weg dan Engie-Electrabel, omdat die eerste wel nog steeds 100% groene stroom levert.

“Enkel de drie energiecoöperaties – Cociter, Ecopower en Wase Wind – halen de maximumscore in het klassement. Dat zijn organisaties waarbij burgers samen investeren in duurzame energie, zoals zonnepanelen of windmolens, om zo mee eigenaar te worden van de energieproductie. Op die manier delen ze de opbrengsten en beslissen ze samen over hoe deze vervolgens terug 100% duurzaam geïnvesteerd kunnen worden.” – Tobias Pans, campaigner energietransitie bij Greenpeace België

De scores voor twee van de drie nieuwkomers in het klassement, Frank Energie en Energy Knights, zijn voorlopig nog gebaseerd op enkel publiek beschikbare cijfers en info over deze energieleveranciers – omdat Greenpeace tot op heden nog geen extra data van hen kreeg. De derde nieuwkomer EnergyVision komt sterk binnen met 18 punten, goed voor een 4e plaats, dankzij een aanbod dat grotendeels uit hernieuwbare energie bestaat, inclusief forse investeringen.